De gemeenteraad reageerde vorige week met verwondering op de klacht van woordvoerster Sunniva Fluitsma van de Algemeene Schippers Vereeniging dat er in Zaanstad bijna geen ligplaatsen overblijven voor de beroepsvaart en dat de ligduur fors geperkt is, maar dat heeft de raad in 2019 toch zelf laten gebeuren. Nu ligt er een motie om de scherpste kantjes weer van het beleid af te slijpen.
Met name het gegeven dat er ook in bijzondere omstandigheden zoals ziekte of tijdelijke werkloosheid (al dan niet vanwege corona) welhaast geen mogelijkheid is om van die maximale ligduur af te wijken zit Rosa, Lokaal Zaans, de SP, GroenLinks, de POV en de Partij voor de Dieren inmiddes niet lekker. Er is één plek achterin de Isaac Baarthaven waar een plek is aangewezen waar twee maanden lang gelegen mag worden in geval van nood, maar volgens Fluitsma is daar nauwelijks meer weg te komen en is die voorziening dus naast te weinig ook weinig functioneel.
Steeds achteraan
Nu Zaanstad drie extra aanlegsteigers ten behoeve van de waterrecreatie wil creëren, vinden de fracties achter de motie dat er meer aandacht moet komen voor de beroepsvaart, die aan de Prins Hendrikkade in Zaandam ook al het het onderspit moest delven ten opzichte van de riviercruise business. Ze vragen de gemeente om te onderzoeken waar extra aanlegplaatsen voor de beroepsvaart gecreëerd kunnen worden, óók voor langdurig verblijf en om daarover in gesprek te gaan met de beroepsvereniging.
Veranderde opstelling
Zolang de huidige situatie met het tekort aan aanlegplaatsen voor de beroepsvaart bestaat, moeten overtreders van de ligtijdlimiet met coulance behandeld worden, vinden ondertekenaars Mariska Schuttevaêr (Rosa), Marianne de Boer (LZ), Roland van Braam (SP), Jan de Laat (GL), Perry van der Velden (POV) en Melchior Mattens (PvdD). Dat laatste in volgens Fluitsma nu afhankelijk van instelling van de controlerende ambtenaar. Zij heeft de opstelling tegenover de schippers in de loop van de tijd te veranderen: waar regels in het verleden werden gebruikt om handhavend te kúnnen optreden, daar lijkt altijd daadwerkelijk handhaven nu de norm te zijn geworden.
