De explosie en brandstichting in Hotel Zaandijk op 24 april vorig jaar waren het werk van een destijds zestienjarige Amsterdammer. De inmiddels achttien geworden dader is vandaag veroordeeld tot twaalf maanden jeugddetentie, waarvan de helft voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. Het waarom is een raadsel gebleven.
De rechtbank acht bewezen dat de knul die nacht het hotel is binnengedrongen met een door hemzelf gefabriceerd explosief, bestaande uit knalvuurwerk en plastic flessen gevuld met benzine. Die heeft hij in het restaurantgedeelte van het hotel laten ontploffen, op een moment dat in het hotel 31 gasten lagen te slapen. Niemand raakte gewond, maar de schade was enorm. Na uitgebreid onderzoek kon de recherche de jongen ruim een jaar later aangehouden. Zijn DNA is aangetroffen op doppen van de plastic flessen en op een hamer die gebruikt is om het hotel binnen te komen. De rechtbank heeft hem ook veroordeeld voor het voorhanden hebben van harddrugs in Amsterdam.
Niets toegegeven
De jongeman zich gedurende de proeftijd moeten laten begeleiden door de reclassering. De rechtbank heeft bij haar beslissing laten meewegen dat de brandstichting goed voorbereid was en op professionele wijze werd uitgevoerd. De rechtbank rekent het de dader eveneens aan dat hij geen verantwoordelijkheid heeft genomen voor zijn daden door hardnekkig te blijven ontkennen en dus ook geen inzicht heeft gegeven in zijn motieven. Na de aanslag werd het hotel bij de Zaanse Schans door de burgemeester enige maanden gesloten.
