Zaanstad heeft op dit moment concrete plannen voor een kleine 11.000 woningen, waarvoor bij zo’n 30 procent al een bestemmingsplan is vastgesteld. Deze ‘harde’ plancapaciteit omvat projecten als Kreekrijk (920 woningen) en het Hembrugterrein (1000). De bedoeling is dat voor de overige projecten de bestemmingsplannen zo snel mogelijk op orde worden gemaakt.
Voor de rond 3300 woningen in de harde plancapaciteit moeten nu zo snel mogelijk vergunningen worden afgegeven, aldus een brief van het college aan de raad. Een probleem daarbij is is dat de gemeentelijke capaciteit sinds het einde van de crisis achter is blijven lopen het ambtenarenapparaat de hogere versnelling niet kan bijbenen. Er wordt wel actief gezocht naar meer personeel voor de betrokken afdelingen en de Metropoolregio Amsterdam heeft een externe schil van specialisten in het leven geroepen die in verschillende gemeenten kunnen bijspringen. Ook Zaanstad wil daar gebruik van maken.
De gemeente kent inmiddels een top zestien van woningbouwprojecten die een voorkeursbehandeling krijgen: de top vijftien die al door het vorige college was vastgesteld plus de Hemmes. Daarbij gaat het in totaal om zo’n 5900 woningen – zo’n 54 procent van de totale harde en zachte plancapaciteit. Het doel is om de komende drie jaar een start te maken met de bouw van deze geprioriteerde woningen. Dan gaat het naar verwachting om zo’n 3000 huizen.
Gebiedsontwikkeling
Daarnaast wordt hard gewerkt aan het beschikbaar maken van locaties voor gebiedsontwikkeling, zoals Zaandam Centrum-Oost, Kogerveld en de Achtersluispolder. In deze drie gebieden samen kunnen in potentie tussen de 8500 en 13.500 huizen worden gerealiseerd, waarbij de Achtersluispolder het grootste aandeel van 5000 tot 10.000 stuks voor zijn rekening neemt. De verwachting is dat Zaanstad tot 2040 met minimaal 15.000 huishoudens groeit, maar de gemeente wil dit aantal zelfs naar 20.000 laten doorgroeien als bijdrage aan de groei in de hele metropoolregio.
Tijd en geld
De afgelopen vier jaar is de belangstelling voor bouwen in Zaanstad ‘enorm’ gestegen, meldt het college – daarvoor was daar nauwelijks interesse voor. Doordat de woningbouw vooral binnenstedelijk moet gebeuren kost dat meer tijd dan gedacht. Ontwikkeltijden van vijf tot zeven jaar van idee tot realisatie zijn geen uitzondering. Van het transformatiefonds dat in het leven is geroepen om bouwen op complexe en dus dure locaties in bebouwd gebied financieel aantrekkelijk te maken voor ontwikkelaars is inmiddels twee keer gebruikgemaakt: voor woningen in de Mauritsstraat en voor Overtuinen.
Sociale huur
Omdat het huidige college inzet op groei van de sociale huurwoningvoorraad wordt momenteel onderzocht waar binnen bestaande plannen nog sociale huurwoningen kunnen worden geprogrammeerd. Inmiddels heeft dat geleid tot 300 extra woningen in de sociale sector, schrijven B & W. En zijn zo’n 2900 sociale huurwoningen in beeld binnen de plancapaciteit van 11.000 huizen.
Ook onderzoekt het college momenteel of en op welke plekken tijdelijke huisvesting tot de mogelijkheden behoort.
