Jarenlang werd de restwarmte van industrieën gezien als een geschikte warmtebron voor de toekomst, maar dat enthousiasme is inmiddels behoorlijk getemperd. Gemeenten moeten van het Rijk verplicht een Warmteprogramma opstellen en hebben nu ook de bevoegdheid om gebieden aan te wijzen die van het aardgas worden afgekoppeld. Het is dus zoeken naar alternatieven, te beginnen voor Krommenie en Zaandam Oost.
Restwarmte van de industrie is in geringe mate beschikbaar in Zaanstad, maar de vooruitzichten hierop zijn minder gunstig dan verwacht, schrijft het college aan de raad. De belangrijkste reden is dat restwarmte met hogere temperaturen in eerste instantie nog goed kan worden ingezet in de eigen bedrijfsprocessen. Zodoende is er met name restwarmte met lagere temperaturen (30-40 graden Celsius) beschikbaar. Dit is onvoldoende voor het verwarmen van woningen, maar kan met behulp van warmtepompen (in de wijk of in de woning zelf) wel verder worden opgewarmd tot de benodigde temperatuur.
Ook is er een risico dat bedrijven niet langdurig op dezelfde locatie blijven. Deze zekerheid is nodig om de investering van de infrastructuur en installaties te kunnen dekken. Restwarmte is dus nog steeds beschikbaar, maar minder kansrijk dan eerder werd gedacht. De Wet collectieve warmte gaat de huidige Warmtewet vervangen en heeft als doel de ontwikkeling van warmtenetten te stimuleren en de betaalbaarheid, betrouwbaarheid en duurzaamheid van collectieve warmtelevering te waarborgen.
Alleen warmtebedrijven die voor meer dan 50 procent in handen zijn van publieke partijen komen daarvoor in aanmerking. Ze worden verantwoordelijk voor de hele keten: de warmteproductie, het transport en de levering. 'Warmtenetten zijn op veel plekken maatschappelijk de goedkoopste optie als alternatief voor aardgas en spelen een cruciale rol in het verlichten van de druk op het elektriciteitsnet. Ook in Zaanstad is dit het geval en wordt met Warmtenetwerk Zaanstad en HVC gekeken naar verdere ontwikkeling,' aldus de brief. Maar 'hoewel warmtenetten wel de optie zijn met de maatschappelijk laagste kosten, zijn de eindgebruikerskosten minder aantrekkelijk'.
In december 2023 heeft Zaanstad een intentieovereenkomst gesloten met HVC om te onderzoeken of aanleg van warmtenetten in Zaanstad buiten het gebied van het Warmtenetwerk Zaanstad haalbaar is. De gesprekken tussen gemeente, HVC en woningcorporatie Parteon, met als focusgebied Krommenie, lopen nog. Het is de bedoeling om actieve participatie te bevorderen van onder meer de Dorpsraad, winkeliersvereniging en lokale werkgroepen.
De ruimst beschikbare warmtebron is de buitenlucht en de meest bekende warmtepompen maken er gebruik van. Een kast aan de gevel of op het dak onttrekt warmte (of kou) aan de buitenlucht en geeft warmte af aan het huis, via vloerverwarming of radiatoren. De nieuwste generatie warmtepompen heeft geen probleem met het maken van hogere temperaturen tot 70 graden. Daarmee is de warmtepomp op basis van buitenlucht ook een optie voor veel bestaande woningen.
Er is echter ook een maar. Doordat juist bij lage buitentemperaturen de hoogste binnentemperaturen moeten worden gemaakt om de woning warm te houden, vragen warmtepompen op basis van buitenlucht op dat moment veel meer van de capaciteit van het elektriciteitsnet. 'De mogelijkheid om op buurtniveau over te stappen op deze individuele oplossing zal dus goed moeten worden afgestemd met de netbeheerder om verdere netcongestieproblematiek te voorkomen.'