Draagvlakenquêtes betaald parkeren Kogerveld en Het Eiland

De gemeenteraad bespreekt donderdagavond één van de meest heikele onderwerpen voor inwoners: de regels voor parkeren. Officieel gaat het om 'een actualisatie en herijking van het beleid uit 2016'. Sinds dat jaar zijn de parkeerproblemen alleen maar toegenomen. Het komende jaar worden twee draagvlakenquêtes over betaald parkeren uitgevoerd, in de Kogerveldwijk en op Het Eiland.

De belangrijkste knelpunten die het college onderkent zijn de hoge parkeerdruk en het waterbedeffect door het versnipperd invoeren van betaald parkeren, waarbij bewoners uitwijken naar omliggende straten waar nog niet betaald hoeft te worden. In veel wijken van Zaandam is de parkeerdruk hoog: boven de 90 procent. Daarnaast is er sprake van overlast door geparkeerde busjes in de wijk en door een tekort aan fietsstallingen in de binnenstad. Een (hoge) parkeernorm vormt ook een barrière voor nieuwbouw en de functieverandering van gebouwen.

Speerpunten

Het Zaans Mobiliteitsplan

stelt dat als Zaanstad ook in 2040 bereikbaar, aantrekkelijk en veilig wil zijn er meer gebruik moet worden gemaakt van het openbaar vervoer en dat er meer gefietst en gelopen moet worden. Dat betekent beter openbaar vervoer en betere fietsvoorzieningen, meer inzet op deelmobiliteit en meer gereguleerd parkeren. Wat het autoparkeren betreft heeft Zaanstaf zeven speerpunten:

• Zaanstad staat voor een duurzame verstedelijkingsopgave. De gemeente past haar
  parkeerbeleid aan om de verdere groei van het aantal woningen mogelijk te maken, om de overgang naar schoon vervoer te stimuleren en om zo beter in te spelen op de veranderende mobiliteitsbehoefte van de inwoners;
• In Zaanstad sluiten de parkeeroplossingen aan bij de eigenschappen en ambities van de wijken en buurten zoals deze in het mobiliteitsplan worden onderscheiden. De gemeente hanteert hiermee een gebiedsgerichte aanpak;
• Zaanstad zet in op een verbetering van de kwaliteit van de openbare ruimte. Om ervoor te kunnen zorgen dat in alle wijken voldoende ruimte is voor groen, water, spelen, recreëren en bewegen, wordt het parkeren in de openbare ruimte beter gereguleerd;
• Met sturend parkeerbeleid laat de gemeente de juiste doelgroep op de juiste plaats parkeren;
• Voor parkeren hanteert de gemeente de standaardbenadering ‘beïnvloeden, benutten, beheersen en bouwen’;
• In Zaanstad worden in principe geen extra parkeerplaatsen toegevoegd in de openbare ruimte om parkeerknelpunten op te lossen. Bestaande (niet-openbare) parkeervoorzieningen worden zo efficiënt mogelijk benut, bijvoorbeeld door – in overleg met instellingen en bedrijven – bewoners en bezoekers toegang te geven tot bezoekers-, school- en bedrijfsparkeervoorzieningen.

Het hoofddoel van de parkeervisie waar de raad zich over gaat buigen is 'een bijdrage leveren aan een bereikbaar, leefbaar en veilig Zaanstad'. Daarom zal gereguleerd parkeren gefaseerd en gebiedsgericht worden ingevoerd volgens een zo simpel en eenduidig mogelijk systeem. Er komen structurele parkeerdrukmetingen in gebieden waar de nood hoog is en bij nieuwe wijken wordt meteen betaald parkeren ingevoerd. Bij woningsplitsing is er geen recht op een extra parkeervergunning.

Belangrijk is dat er geen uniforme regels

gaan gelden voor de hele gemeente wat betreft parkeren: hartje Zaandam is immers geen Westzaan. Er is een zonering opgesteld op basis van de drukte in een bepaald gebied. Het A-plusgebied in het centrum van Zaandam omvat het kernwinkelgebied en daar omheen bevinden zich ook een aantal woonbuurten die een centrumkarakter hebben of steeds meer krijgen. Er is gezocht naar natuurlijke grenzen. Aan de noordkant is het gebied begrensd door de Papenpadsloot en aan de zuidkant door Zuiderhout Noord. Aan de oost- en westkant zijn die natuurlijke grenzen de Zaan en het spoor. Daarin is een uitzondering gemaakt voor het gebied rondom de Peperstraat en de Burcht aan de oostkant. Aan de westkant is het stationsgebied ten westen van het spoor tot aan de Houtveldweg ook opgenomen in het A-plusgebied, met de meest schaarse ruimte voor parkeren

Boerejonkerbuurt

Bij de gebiedsontwikkeling in de Boerejonkerbuurt zal geen draagvlakenquête worden uitgevoerd. 'De verhouding in het projectgebied tussen het aantal bestaande woningen (rond 110) ten opzichte van het aantal nieuw te bouwen woningen (rond 1000) is dermate groot dat het voorstel is om af te wijken van het uitvoeren van een draagvlakenquête. De Boerejonkerbuurt zien we als één projectgebied waar op termijn dan direct betaald parkeren kan worden ingevoerd in nauw overleg met bewoners en bedrijven,' aldus het college.

Niet langer afkopen

Zaanstad gaat de meest recente publicatie over parkeerkencijfers van kennisinstituut CROW - uit december 2018 - als basis hanteren om het benodigde parkeeraanbod en de -behoefte te onderbouwen. Er komt een einde aan het afkopen van het niet realiseren van de benodigde parkeerplaatsen door ontwikkelaars.

Wat het stallen van fietsen betreft zijn er acht speerpunten:

• De gemeente geeft extra aandacht aan gebieden waar fietsparkeren nu een
  probleem is en waar grote kansen liggen om fietsen te stimuleren;
• De gemeente organiseert het fietsparkeren op een intuïtieve manier (bijvoorbeeld
  aansluitend op fietsroutes), zodat de juiste fiets(er) op de juiste plaats terechtkomt.
  Intuïtief betekent hier dat het voor de gebruiker / fietser logisch is, ofwel, zijn eerste
  gevoel.
• Met fietsparkeren versterkt de gemeente de relatie tussen de fiets, de auto en het
  openbaar vervoer;
• Fietsenstallingen worden zo efficiënt mogelijk benut, bijvoorbeeld door – in overleg met instellingen en bedrijven – bewoners toegang te geven tot bezoekers-, school- en bedrijfsstallingen;
• Op locaties waar extra behoefte is aan fietsparkeerplaatsen investeert de gemeente
  in hoogwaardige nieuwe voorzieningen;
• De gemeente gebruikt reguleringsmaatregelen om het fietsparkeren te beheersen.
• De fiets is het uitgangspunt in het ontwerp van nieuwe gebouwen. Dat geldt ook voor
  gebouwen die een andere functie krijgen;
• De gemeente zoekt aansluiting bij nieuwbouw- en andere projecten om extra
  fietsparkeervoorzieningen te creëren of om de kwaliteit van het fietsparkeren te
  verbeteren.