Gemeente gaat opnieuw deadline Park Nauerna niet halen

Foto: Google Earth

Twee belanghebbenden (drie omwonenden van Park Nauerna) die bij de Raad van State aanklopten nadat de gemeente de termijn om het bestemmingsplan voor het gebied uit 2017 te repareren liet verlopen kunnen vanaf 23 april dagelijks 100 euro tegemoet zien. Die dwangsom moet op last van de RvS worden uitgekeerd als die nieuwe deadline niet wordt gehaald en het college verwacht niet dat dit gaat niet lukken. Het maximum is 15.000 euro per appelant.

Het totale financiële risico is dus 30.000 euro, maar zo ver zal het waarschijnlijk niet komen. Het college hoopt in mei een reparatievoorstel aan de gemeenteraad te kunnen voorleggen. Op dit moment is er echter geen overeenstemming over de inhoud daarvan. Alles draait om de vraag hoe veilig het al sinds 7 maart vorig jaar voor het publiek gesloten park is voor recreanten. De kwestie die daaraan ten grondslag ligt is weer dat de voormalige stortplaats van Afvalzorg geen bovenafdichtingsconstructie heeft: de eerste fase van het recreatiegebied van 60 hectare is aangelegd op een laag schone grond van minimaal een meter dik. Die constructie bleek niet zo veilig als altijd was beweerd toen vorig jaar percolaat opdook: water dat via het gestorte vuilnis aan de oppervlakte kwam.

Sluiting

Op 7 maart 2019 werd het gebied daarom op advies van de GGD afgesloten. De Raad van State had de gemeenteraad al op 15 augustus 2018 opgedragen om het door haar deels vernietigde bestemmingsplan te repareren, met daarin verwerkt de overwegingen van ’s lands hoogste bestuursrechter over het borgen van de veiligheid van recreanten. Dat blijkt echter een zeer moeizaam proces, waarbij de gemeente, de provincie Noord-Holland, het Havenbedrijf Amsterdam, Afvalzorg en de Belangengroep Nauerna / Partij Fleer betrokken zijn. De stortplaats gaat gefaseerd dicht moet uiterlijk 1 april 2022 helemaal gesloten zijn.

In eerste instantie gaf de RvS heeft de gemeenteraad 26 weken de tijd (tot 13 februari 2019) om een nieuw besluit te nemen, maar dat gaat niet zonder een voorstel van het college.  Twee appelanten – de al genoemde drie omwonenden – tekenden daar bewaar tegen aan en de RvS stelde daarop mede op grond van de verwachtingen van de gemeente de nieuwe deadline vast op 23 april en verbond er een last onder dwangsom aan. Waarom het allemaal zo lang moet duren? Het is niet in het belang van het bedrijf Afvalzorg om alsnog een waterdichte laag aan te brengen op de voormalige vuilstort, met alle gevolgen van dien.

Lievense

Op grond van een eerder bereikt akkoord zouden Afvalzorg en de Belangengroep Nauerna (BGN) gezamenlijk onderzoeken of er op stortplaats in de eerste fase van Park Nauerna veilig gerecreëerd zou kunnen worden zonder bovenafdichting. Indien dat niet zou kunnen worden aangetoond dan zou het park worden afgedicht met een folie. Afvalzorg en BGN schakelden daarvoor het adviesbureau Lievense (voorheen CSO) in, dat in samenspraak met de provincie koos voor een toetsing gebaseerd op arbeidshygiënische normen. De conclusie luidde in 2015 dat de veiligheid zonder afdichting gegarandeerd was, maar daar zette de Raad van State drie jaar later een streep door: onvoldoende onderbouwd.

De gemeente sprak vervolgens met Afvalzorg af dat Lievense (adviseur van Afvalzorg) in opdracht van het afvalbedrijf een vervolgonderzoek zou uitvoeren naar veilig recreëren in fase 1 en eveneens in fase 2 van Park Nauerna en dat de gemeente een second opinion zou laten uitvoeren. De twee rapporten van Lievense over de beide delen van het park gaven opnieuw aan dat er zonder folie geen sprake is van gevaar. In het rapport over fase 1 is te lezen: ‘Ook op basis van de ervaringen die zijn opgedaan in enkele jaren inspectie en beheer wordt geconcludeerd dat veilige recreatie mogelijk is (ook zonder folie) als wordt voldaan aan de in 2015 geschetste randvoorwaarden.’ En: ‘Tot nog toe is gebleken dat inspectie en beheer goed mogelijk zijn en de omvang van het park daarvoor geen belemmering vormt. Het in het rapport van 2015 niet beschreven verschijnsel van mogelijk uit de afdeklaag tredend percolaat doet aan deze conclusie niets af.’

Second opinion

De door de gemeente ingeschakelde adviescombinatie Tauw / Witteveen & Bos (TWB) heeft daar echter bedenkingen bij. TWB signaleert dat er voor percolaat geen passend toetsingskader is en wat betreft het vrijkomen van stortgas merken de onderzoekers op dat het toetsingskader niet actueel is en, omdat het gebaseerd is op ARBO-wetgeving, ‘niet vanzelfsprekend passend voor kwetsbare groepen’ zoals kinderen, ouderen en zwangeren. Er bestaan in Nederland geen normen in wet- en regelgeving voor blootstelling aan percolaat. TWB stelt zelf geen toetsingskaders vast en adviseerde daarom om onafhankelijke deskundigen zoals de GGD en het RIVM hierover te raadplegen. De GGD Zaanstreek – Waterland dook daarop desgevraagd in de kwestie en adviseerde om ‘het risico op blootstelling aan percolaat tot nihil, dat wil zeggen tot verwaarloosbaar klein, terug te brengen’.

GGD

De reden hiervoor is de onvoorspelbaarheid van het uittreden van percolaat. Dat geldt zowel voor de hoeveelheid, de samenstelling, de concentraties van (giftige) stoffen en de plek en het tijdstip van het naar boven komen van percolaat. Wat stortgas betreft luidde het advies om voor de blootstelling aan dit gas meer passende normen te hanteren dan in de rapporten van Lievense is gedaan. ‘Het beoordelingskader van Lievense is arbeidshygiënisch. Het is geschikt voor de arbeidssituatie en kan niet direct worden toegepast op bewoners,’ aldus de GGD. TWB heeft daarop afgeleide normen opgesteld om de eigen onderzoeksresultaten te kunnen toetsen en kwam tot de conclusie dat de maatregelen die Lievense voorstelt onvoldoende zijn om de veiligheid van recreanten te waarborgen.

Asbest en stikstof

Daarmee duurt de impasse voort. Uiteindelijk moeten alle partijen het eens worden om verder te kunnen met het repareren van het bestemmingsplan, maar vooralsnog is die overeenstemming er niet en nadert de dag dat de gemeente 200 euro per dag mag gaan aftikken met rasse schreden. ‘Zorgvuldigheid, gezamenlijkheid en urgentie leven echter op gespannen voet met elkaar,’ schrijft het college nu aan de gemeenteraad. En dan zijn er nog nieuwe problemen opgedoken in de vorm van nieuwe regels voor het vaststellen van asbest in de grond en stikstofonderzoek. Ook voor het reparatieplan moet nu een onderzoek naar de stikstofdepositie worden uitgevoerd: de effecten van de huidige werkzaamheden op de stortplaats dienen te worden vergeleken met de effecten van de werkzaamheden voor het uitvoeren van het reparatieplan. ‘Momenteel wordt onderzocht of het aanbrengen van een bovenafdichtingsconstructie en het inrichten van het park (afgezet tegen de huidige werkzaamheden op de stortplaats) een stikstofdepositie oplevert die voldoet aan de gestelde norm.’

Mocht het bestuurlijk overleg niet leiden tot overeenstemming, dan heeft de gemeente de taak knopen door te hakken en het bestemmingsplan zo snel mogelijk te repareren. Dit kan echter leiden tot nieuwe juridische procedures, zo weet het college ook.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen