Er zijn vandaag gevangenisstraffen tot acht jaar geëist tegen drie Amsterdamse verdachten van een gewelddadige, gewapende woningoverval aan het Dok in Zaandam . De officier van justitie eiste acht jaar tegen de 33-jarige verdachte en eveneens tegen diens handlanger van 38. De derde verdachte, een man van 28, heeft zich volgens het O penbaar Ministerie schuldig gemaakt aan medeplichtigheid en hoorde drie jaar tegen zich eisen. De rechtbank doet vermoedelijk over twee weken uitspraak.
In het holst van de nacht van 17 juli vorig jaar belden twee mannen aan bij een woning in Zaandam, waar een gezin met twee dochters woont. De mannen dr oeg en politie-uniformen en gebruik t en een jammer die het telefoon- en internetverkeer rond de woning verstoor de , zodat de bewoners niemand k ond en alarmeren. Bij het zien van de ‘politieagenten’ deed de bewoner nietsvermoedend open. ‘Dan gebeurt wat je niet voor mogelijk wilt houden. De politie is de politie niet. Het behoeft geen toelichting dat dit niet alleen een zeer angstaanjagende ontdekking is, in de wetenschap dat je kinderen een kamer verderop liggen en gevaar lopen, maar dat het ook zeer schokkend is als je er niet op kunt vertrouwen dat mensen in politie-uniform daadwerkelijk politie zijn. Dan wordt een wezenlijk fundament van onze rechtsstaat aangetast,’ aldus de officier van justitie in zijn requisitoir – de onderbouwing van de strafeis.
De beide mannen storm d en naar binnen en b o nden de bewoner vast met handboeien. Ze dr oeg en vuurwapens waarmee ze het slachtoffer bedreig d en en vroegen om geld. Ook zijn vrouw en dochters ontk wa men niet aan het geweld: zij w e rden in hun slaapkamers overvallen door de nepagenten. D e vrouw k reeg een wapen tegen haar hoofd en er werd gevraagd naar sieraden en geld. Zij wist uiteindelijk te ontkomen en bel de 112: ‘Als de meldkamermedewerker meerdere keren herhaalt dat de bewoners moeten opendoen om de agenten binnen te laten, vraagt één van de slachtoffers op de achtergrond: ‘ I s het écht de politie?’ Een logische vraag gezien de situatie, maar bijzonder schrijnend’,’ aldus de officier.
De v erdachten hebben niet of nauwelijks iets willen zeggen en ber i epen zich op hun zwijgrecht. De bewijsmiddelen bestaan echter uit technische, harde, vastgelegde gegevens. Data zoals telecom- en zendmastgegevens die aantonen dat verdachten rondom de woning in Zaandam zijn geweest en veelvuldig onderling telefonisch contact hadden en GPS-data uit de boardcomputer van de auto waarmee verdachten vluchtten. En ook f orensisch bewijs, zoals DNA- materiaal van één van de verdachten dat op de in de woning achtergebleven jammer werd aangetroffen en een schoenspoor van één van de verdachten. In de ogen van het OM af doende bewijs dat beide verdachten de woningoverval hebben gepleegd.
Volgens de officier van justitie wa s hier sprake van ‘een tot in de puntjes geplande overval’. De officier hekel de bovendien het motief: ‘Verdachten hebben enkel oog gehad voor hun eigen financieel gewin. Het welzijn van de slachtoffers is daaraan volledig ondergeschikt gemaakt.’ Daarbij moet worden opgeteld het feit dat de overvallers politie-uniformen droegen en dat zij daarmee doelbewust misbruik hebben gemaakt van het vertrouwen dat mensen in de politie hebben. Tot slot speelt het vuurwapengebruik een rol: verdachten hebben het wapen op de hoofden van hun slachtoffers geplaatst, in hun eigen huis, hun eigen slaapkamer.