Zaanstad komt volgend jaar met een plan van aanpak voor de bestrijding van invasieve plantensoorten. Dat meldt wethouder Leny Vissers-Koopman in een memo aan de raad.
Daarin refereert ze aan een door de Europese Unie opgestelde een lijst van invasieve exoten met 48 (water)planten en dieren die schade veroorzaken en daarom bestreden moeten worden. Van de twaalf plantensoorten (zijnde geen waterplanten) is het voor een beperkt aantal nodig actief tegengas te geven in Zaanstad. ‘Als gemeente zijn we al actief op het gebied van de bestrijding van deze plantensoorten,’ laat de wethouder weten.
Afgelopen augustus werden nog acht nieuwe soorten invasieve planten aan de zogenoemde Unielijst toegevoegd:
- Alligatorkruid (Alternanthera philoxeroides)
- Fraai lampenpoetsergras (Pennisetum setaceum)
- Gewone gunnera (Gunnera tinctoria)
- Japans steltgras (Microstegium vimineum)
- Ongelijkbladig vederkruid (Myriophyllum heterophyllum)
- Reuzenbalsemien (Impatiens glandulifera)
- Reuzenberenklauw (Heracleum mantegazzianum)
- Zijdeplant (Asclepias syriaca)
Niet elke exoot die schadelijk is in Nederland of andere delen van de EU staat op de Unielijst. Het kan zijn dat er nog geen risicobeoordeling voor die soort is gemaakt die voldoet aan de EU-criteria. Een andere reden kan zijn dat een meerderheid van de lidstaten tegen opname van de soort op de Unielijst is. Aan de andere kant richt niet elke soort op de lijst (nu al) schade aan in ons land.
Europabrede bestrijding
Voor alle soorten op de lijst geldt een Europees verbod op bezit, handel, kweek, transport en import van de exotische planten en dieren die de lijst hebben gehaald. Verder geldt voor alle lidstaten de verplichting om in de natuur aanwezige populaties op te sporen en te verwijderen. En als dat niet lukt om de populatie zodanig te beheren dat verspreiding en schade zoveel mogelijk wordt voorkomen.
De hele lijst vindt u op deze pagina.
Geen chemische bestrijdingsmiddelen meer
In de memo van de wethouder staat ook dat in Zaanstad bij het onderhoud van de openbare ruimte geen chemische bestrijdingsmiddelen meer worden gebruikt. Sportcomplexen, schoolterreinen en volkstuincomplexen worden niet tot de openbare ruimte gerekend en daar is het gebruik van deze middelen nog ‘gewoon’ toegestaan.
Wat het onderhoud van de openbare ruimte betreft laat Vissers-Koopman weten dat de gemeente jaarlijks minimaal 800.000 euro besteedt aan Baanstede voor het uitvoeren van onderhoud aan groen en wegen. Gemiddeld werken daar tussen de 25 en 30 medewerkers van Baanstede aan, samen met de eigen buitendienst van de gemeente en diverse aannemings- en loonbedrijven.
Daarnaast worden mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt hiervoor ingezet. Zij leveren geen bijdrage aan het basisonderhoud, omdat het college dat aanmerkt als werkverdringing, maar doen ‘extra’ klussen om werkervaring op te doen. Dit jaar was het streefgetal voor deze werkervaringsplekken 80, maar was dat aantal in week 37 de 90 al gepasseerd. Volgend jaar wordt weer ingezet op minimaal 80 mensen die op deze wijze werkervaring opdoen.
