De voorrang voor statushouders bij de toewijzing van sociale huurwoningen blijft intact en ook de voorrang die mensen met een baan in de non-commerciële sector hebben wat betreft een huurhuis in Poelenburg of Peldersveld. De nieuwe Huisvestingsverordening is vastgesteld zonder deze wijzigingen.
De POV en PVV wilden af van het ‘voortrekken’ van nieuwkomers en stelden voor om hen in plaats van in sociale huurwoningen te huisvesten in de tijdelijke verblijven die Zaanstad met geld uit Den Haag mag neerzetten op het Sportpark Poelenburg, in de Achtersluispolder en op het Hembrugterrein. Die zijn volgens minister Kajsa Ollongren van Binnenlandse Zaken bedoeld voor drie specifieke doelgroepen, te weten arbeidsmigranten, dak- en thuislozen en spoedzoekers. In die laatste categorie vallen ook statushouders. Wethouder Wonen Songül Mutluer legt nog een lijntje naar Den Haag om ook starters onder de spoedzoekers te scharen en is momenteel in overleg met Rochdale over de invulling van de tijdelijke woonruimte.
Ongeschikt voor gezinnen
Omdat het zal gaan om kleine woningen zullen die volgens haar ongeschikt zijn voor gezinnen met kinderen, en dus ook voor gezinnen die hier komen wonen nadat ze een verblijfsvergunning hebben gekregen. Zaanstad krijgt net als elke gemeente elke zes maanden een taakstelling van de regering voor het huisvesten van een bepaald aantal statushouders en verzaken kan de gemeente op een boete komen te staan. Uiteindelijk stemden alleen de beide indieners van het amendement op de verordening en de VVD en Democratisch Zaanstad vóór die aanpassing.
Grote verdeeldheid
De ‘Rotterdamwet’ ofwel de Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek die in Poelenburg en Peldersveld van kracht is als onderdeel van het Pact Poelenburg verdeelt de gemeenteraad van Zaanstad tot op het bot. Er zijn verklaarde tegenstanders van het beleid om bepaalde groepen uit de twee kwetsbare wijken te weren, en wel de SP, Rosa, GroenLinks, Denk en de Partij voor de Dieren. Zij zien er onverholen discriminatie in. Ruud Pauw (Rosa) kreeg geen antwoord op zijn vraag waar de mensen die vroeger in aanmerking kwamen voor woningen in deze wijken, zoals mensen met een uitkering nu naartoe gaan.
Er zijn inmiddels 52.000 adresen in Nederland waar mensen op basis van de Rotterdamwet niet wekom zijn, betoogde hij en dat is een onwenselijke intwikkeling. In Zaanstad gaat het volgens Marc Wit (CDA) over 173 woningen die op grond van de speciale criteria zijn tiegewezen ‘en dat is op zich al een succes’ om de monocultuur van de bevolking te doorbreken. Volgens Mutluer gaat het zelfs al om tegen de 300 woningen en is het nog te vroeg om te roepen dat hierdoor niets zal veranderen. Zij wacht op nieuwe CBS-cijfers om te zien wat de effecten van de invoering van de Rotterdamwet geweest zijn.
Positiever
Raadsleden als Annemarie van Nieuwamerongen (‘Het gaat langzaam, maar het gaat op termijn wel werken,’ VVD), Harrie van der Laan (‘De Rotterdamwet is een goede mogelijkheid om een gemêleerde wijk te maken,’ POV) en Peter van Haasen (‘Het beleid is onderdeel van het Pact Poelenburg als langlopend traject, we moeten niet halverwege al van het pad af raken,’ PVV) hebben meer vertrouwen in een goede afloop. De kleine veranderingen die nu wel in de Huisvestingsverordening zijn doorgevoerd hebben onder meer tot doel om ervoor te zorgen dat bewoners van de te slopen ‘spaghettiflat’ aan de Clusiusstraat kunnen terugkeren in hun eigen wijk.
