Zorgverleners in het ZMC zijn voorzichtig begonnen met het opstarten van ‘het anderhalvemeterziekenhuis’. Volgens manager zorg Natascha Drent is ‘het aantal coronapatiënten de afgelopen weken enorm afgenomen’. In eerste instantie kan 25 procent van de patiënten weer fysiek ontvangen worden.
‘Met dit aantal gaan we verder kijken,’ zegt ze op de website van het Zaans Medisch Centrum. ‘Hoe goed past het in het ziekenhuis? Blijft er genoeg afstand in de wachtkamers? Langzaam en gecontroleerd bouwen we zo de reguliere zorg weer op. De komende periode zijn er nog steeds medewerkers druk als buddy bij de opvang van onze coronapatiënten op de Intensive Care, spoedeisende hulp en verpleegafdeling. Daarbij willen we flexibel blijven voor het geval er weer een toename komt van het aantal coronapatiënten.’
Meest urgente patiënten eerst
Ze roept mensen met gezondheidsklachten die niets met corona van doen hebben wel nadrukkelijk op om contact met hun huisarts op te nemen. Die staat in directe verbinding met de medisch specialisten in het ZMC en neemt bij twijfel contact met hen op. Voor noodgevallen is het ziekenhuis ook tijdens het hoogtepunt van de gezondheidscrisis nooit gesloten geweest. Ziekenhuizen bepalen nu samen welke diagnoses op dit moment het meest urgent zijn op basis van landelijke richtlijnen. Volgens Drent zijn de meest urgente patiënten waarvan de zorg werd uitgesteld inmiddels ingepland voor een afspraak. Als die voorafgaand aan de afspraak of op de dag zelf corona-achtige klachten krijgen (verkouden, kortademig, keelpijn, koorts of diarree) dan wordt hen verzocht om even te bellen.
Bescherming
‘Samen met de zorgverlener kijken we dan of de afspraak telefonisch kan of via beeldbellen. Soms gaat de afspraak in het ziekenhuis gewoon door. De zorgverlener draagt dan bijvoorbeeld een mondmasker, een enkele keer met veiligheidsbril. Onze patiënt krijgt in dat geval zelf ook een mondmasker bij de ingang van het ziekenhuis. Soms moeten zorgverleners onze patiënten lichamelijk onderzoeken. Omdat zij dan geen anderhalve meter afstand kunnen houden, dragen zij een mondmasker. Zo beschermen zij onze patiënten en zichzelf.’
In het ziekenhuis is de afgelopen periode veel geïnnoveerd en Drent denkt dat een aantal veranderingen van blijvende aard zal zijn. Zo denkt ze dat het contact tussen ziekenhuis en patiënt in de toekomst veel meer een mix wordt van fysiek en digitaal dan in het verleden.
