Ligt genetisch gemodificeerde zalm hier straks ook in de supermarkt?

Foto: Wikipedia

In Canada is grote onrust ontstaan omdat er genetisch gemanipuleerde zalm is verkocht is supermarkten zonder dat de kopers daarvan op de hoogte waren. Met besmette eieren nog volop in het Europese nieuws en vleesschandalen in het achterhoofd dringt de vraag zich steeds sterker op of we, ondanks alle regels over de vermelding van samenstelling en herkomst op productverpakkingen, eigenlijk wel weten wat we allemaal binnenkrijgen.

In Canada was het kennelijk niet nodig om te melden dat het om genetisch gemanipuleerde zalm ging, omdat wetenschappers na vier jaar onderzoek hadden geconcludeerd dat die even veilig en voedzaam was als de oorspronkelijke vissoorten. De omstreden zalm is een genetische mix van een ondersoort die in de Stille Oceaan voorkomt, een andere uit de Atlantische Oceaan en een gen van een lamprei.

Volgens het Amerikaanse bedrijf AquaBounty Technologies, dat de nieuwe soort ‘ontwierp’, groeit die twee keer zo snel als Atlantische kweekzalm en heeft hij 75 procent minder voedsel nodig om in achttien maanden tijd de volwassenheid te bereiken – iets waar een conventionele zalm 30 maanden over doet. Dit zou de ecologische voetafdruk enorm beperken en bovendien een wapen zijn in de strijd tegen overbevissing en de aanslag op de populaties wilde zalm.

Kruising met wilde soorten

Milieubeschermers vrezen juist dat genetisch gemodificeerde vis op termijn een niet te onderschatten bedreiging vormt voor wilde soorten. De vier ton zalm die in Canada over de toonbank is gegaan, zou zijn gekweekt op het vasteland in Panama en zich dus niet kunnen kruisen met originele soorten. Het hele project is echter met veel geheimzinnigheid omgeven en ook wordt niet bekendgemaakt welke supermarkten de genetisch gemanipuleerde zalm hebben verkocht. In de Verenigde Staten mag de gentech vis overigens (nog) niet worden verhandeld, hoewel hij wel is goedgekeurd.

Wereldwijd wordt geëxperimenteerd met het genetisch manipuleren van zo’n 30 vissoorten, waaronder tilapia en forel, en ook met koeien, varkens en kippen.

In Europa is de acceptatie van genetische modificatie kleiner dan in andere werelddelen. Consumenten wantrouwen de techniek en de bedoelingen van grote biotechbedrijven. Maar ook binnen de Europese Unie krijgen koeien al jarenlang maïs dat in het laboratorium is ontstaan. En zijn koekjes en olie te koop die gemaakt zijn met gemanipuleerde gewassen.

Bij het eten van genetisch gemodificeerde plantenproducten kunnen echter ook vreemde stoffen in ons lichaam terechtkomen, zoals eiwitten die ons afweersysteem nog nooit eerder heeft gezien. Veel mensen zijn bang dat het aantal voedselallergieën met al die nieuwe stoffen in ons eten snel toe zal nemen. En wat de natuur betreft: wat gebeurt er wanneer over de hele planeet planten uiteindelijk resistentie opbouwen tegen insectenplagen, waardoor bijvoorbeeld vlinders het heel moeilijk krijgen?

Tot nu toe heeft de Europese Unie beperkt producten genetisch gemodificeerde voedselgewassen toegelaten op de Europese markt: planten als maïs, soja en koolzaad die resistent zijn tegen verschillende ziekten en insectenplagen. Die gewassen zijn terug te vinden in tofu, olie of bloem, maar ook in kant-en-klare gefrituurde of gebakken producten en snacks. Al dit voedsel is door de EU veilig bevonden – net als in Canada met de zalm gebeurde.

Een in de EU toegelaten gemodificeerde aardappelsoort waaruit op efficiënte wijze industrieel zetmeel kan worden gewonnen is echter door boeren niet omarmd. De vraag ontbreekt en winkelketens durven genetisch gemodificeerde gewassen niet in de schappen te zetten uit angst voor een consumentenboycot. Kleine boeren in ontwikkelingslanden hebben die luxe niet: zij grijpen elke opbrengstverhoging aan in hun strijd om te overleven. Maar hoe houdt Europa bij de nog steeds toenemende wereldhandel een infiltratie van deze producten uit Azië en Afrika buiten de deur? De komst van exoten die grote schade aanrichten in de Nederlandse natuur bewijst dat invloeden van buitenaf niet te stuiten zijn. En de invloeden zijn onomkeerbaar.

Wasmiddel, katoen, biobrandstof

Gentech is al overal aanwezig in ons dagelijks leven. De enzymen in het wasmiddel, het katoen van onze kleding, de bijgemengde biobrandstof voor de auto, het veevoer voor vleesvee en verschillende soorten bloemen zijn geproduceerd met genetisch gemodificeerde bacteriën en plantengewassen. Dit hoeft de producent niet op de verpakking te zetten. Als voedingsmiddelen gebruik maken van genetische modificatie, moet dit in de EU wel worden vermeld.

Boodschappen uit de supermarkt moeten al bij hele kleine hoeveelheden (meer dan 0,9 procent) op het etiket melden dat er genetisch gemodificeerd materiaal in zit: volgens de Nederlandse wet moet dan een van de volgende teksten op de verpakking staan:

  • Geproduceerd met genetisch gemodificeerde maïs (of soja of koolzaad)
  • Bevat ingrediënten geproduceerd met genetisch gemodificeerd maïs (of soja of koolzaad)

CETA

Kleinere hoeveelheden hoeven niet vermeld te worden. Gemanipuleerde dieren zijn in de Unie niet toegestaan. Tot er opeens Canadese zalm met een onwenselijke samenstelling in de supermarkt zal liggen? Volgens de Canadese regels hoeft dat er immers niet bij vermeld te worden. Het CETA-handelsakkoord tussen Canada en de Europese Unie treedt op 21 september ‘voorlopig’ in werking.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen