Drogist ter plekke vereiste bij verkoop zelfzorgmiddelen

Foto: Pixabay / Hilbert Kuipers

Bepaalde zelfzorggeneesmiddelen mogen in supermarkten alleen worden verkocht als er een (assistent-)drogist fysiek in de winkel aanwezig is. Een ‘drogist op afstand’ die klanten voorlichting geeft over een zogenoemd UAD-geneesmiddel via een telefoon- of videogesprek is in strijd met de Geneesmiddelenwet, zo heeft de Raad van State bepaald.

Als de wetgever dit soort digitale communicatie bij de verkoop van UAD‑geneesmiddelen mogelijk wil maken, zal eerst deze wet daarvoor aangepast moeten worden. De Stichting Centraal Bureau Drogisterijbedrijven en Parfumeriebedrijven had de minister van Volksgezondheid om maatregelen gevraagd tegen enkele vestigingen van Albert Heijn in Assen en Groningen die geneesmiddelen verkopen die zonder recept verkrijgbaar zijn, maar die wel uitsluitend in een apotheek of onder toezicht van een drogist mogen worden verkocht. Denk daarbij grotere hoeveelheden of hogere doseringen paracetamol en ibuprofen. De supermarkten maken hierbij gebruik van het concept ‘drogist op afstand’ om voorlichting te geven.

Persoonlijke uitleg bij vragen

Volgens de belangenbehartiger van de drogisterijen is dat in strijd met de Geneesmiddelenwet en de Raad van State heeft dat standpunt in een gisteren gepubliceerd vonnis onderschreven. Volgens de Afdeling bestuursrechtspraak eist de Geneesmiddelenwet dat een (assistent-)drogist ter plaatse is om klanten persoonlijk uitleg te geven wanneer die daar om vragen. Het gevolg van de uitspraak is dat er onder de huidige wet bij de verkoop van UAD-geneesmiddelen altijd een (assistent-)drogist op de werkvloer aanwezig moet zijn. Dat geldt voor alle winkels waar deze geneesmiddelen worden verkocht.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen