Ook Zaanstad kan mogelijk profiteren van een rechterlijke uitspraak over het weigeren van een horecavergunning op grond van verdenkingen van financiering met crimineel geld. De bestuursrechter gaat in dat geval akkoord met de omkering van de bewijslast, zodat het aan de ondernemer is om aan te tonen dat het startkapitaal niet uit verdachte hoek komt.
In de geldende praktijk worden exploitatievergunningen pas geweigerd als gemeenten na een Bibob-onderzoek hard kunnen maken dat fout geld in het spel is. Tijdens zo’n onderzoek controleert de overheid allerlei documenten over eigenaren, geldschieters en geldstromen. In Amsterdam werd een nieuwe werkwijze ontwikkeld die nu voor het eerst door de rechter is getoetst.
Leningen in Saoedi-Arabië
Inzet van die zaak was de geweigerde exploitatievergunning voor het fastfoodrestaurant van een Syrische ondernemer die zijn zaak deels met particulier geleend geld had opgezet. Dat die leningen ter waarde van 60.000 euro van een financier uit Saoedi-Arabië in orde waren kon de man volgens de gemeente echter onvoldoende aannemelijk maken. De rechter ging daarin mee en stelde de gemeente in het gelijk: vergunning terecht geweigerd.
IJgeld
De gemeente Amsterdam ontwikkelde het project IJgeld samen met het Openbaar Ministerie, de politie, de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Financial Intelligence Unit, waar ongebruikelijke transacties moeten worden gemeld. De universiteiten van Tilburg en Harvard waren er eveneens bij betrokken.
Voor IJgeld zijn een half jaar lang alle Amsterdamse vergunningaanvragen voor horecagelegenheden bekeken. De resultaten daarvan worden in december verwacht. Het nieuwe beleid is onderdeel van de strijd tegen ondermijning, die ook in Zaanstad hoog op de agenda staat.
