Staatssecretaris Maarten van Ooijen van Volksgezondheid roept supers op niet op zoek te gaan naar ‘slimme trucs’ om toch tabak te kunnen verkopen nadat het landelijke verkoopverbod voor supermarkten op 1 juli 2024 is ingegaan. Hij steunt gemeenten zoals Utrecht, die de opening van nieuwe tabaksspeciaalzaken verbiedt
Met het verbod loopt Utrecht vooruit op landelijke wet- en regelgeving. De gemeente vreest dat supermarkten hun winkels gaan verbouwen om zo een nieuwe entree te maken waardoor zij de wet omzeilen en alsnog sigaretten kunnen blijven verkopen. In Wormerveer is in de vestiging van DekaMarkt een filiaal van Primera gekomen voor de verkoop van tabakswaren, maar dat is volgens Van Ooijen dus niet de bedoeling. In Zaandam sluit de Ako-winkel op het station op 15 juni om 15:00 uur – eerder dan oorspronkelijk de bedoeling was – definitief de deuren omdat NS toe wil naar volledig rookvrije stations.
Achterdeurtje
Via een achterdeurtje een nieuwe tabakswinkel openen vlakbij een supermarkt of zelfs in hetzelfde gebouw ‘moeten we echt niet willen,’ zegt Van Ooijen. De staatssecretaris verwacht van supermarkten dat zij hun ‘maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen’ omdat ze het Nationaal Preventieakkoord hebben ondertekend. Ook rekent hij erop dat ‘alle supermarkten zich houden aan de wet- en regelgeving die is opgesteld, zonder zich daarbij te bedienen van ongewenste constructies’.
Kamermotie
In maart riep de Tweede Kamer het kabinet via een motie op gemeenten extra bevoegdheden te geven waarmee zij de vestiging van nieuwe tabakszaken kunnen beperken. Initiatiefnemer Mohammed Mohandis (PvdA) vindt dat de motie nu snel moet worden uitgevoerd. Samen met onder meer CDA-Kamerlid Anne Kuik maakte hij zich toen al zorgen over de verschuiving van de tabaksverkoop. Mohandis noemt de actie van Utrecht een ‘mooie ontwikkeling’. Kuik vindt het een ‘belangrijke stap in opmaat naar een rookvrije generatie’. ‘Hopelijk volgen er meer gemeentes,’ twittert zij.
