In duingebied De Zuidernollen ten zuiden van Castricum worden vijf doorgangen gegraven die zorgen dat strandzand verder het duingebied in kan waaien. Dit heeft twee doelen: duinversterking en natuurherstel. Het werk wordt uitgevoerd door duinbeheerder PWN in opdracht van de provincie. De reactie van een groot aantal complotdenkers op X: 'Ze' willen Nedereland onder water zetten.
Welke sinistere bedoeling daar achter zou kunnen steken wordt niet uitgewerkt - er wordt waarschijnlijk nog op gebroed - maar alleen al het woord 'natuurbeheer' is in staat mensen op de toetsenborden van sociale media tot hysterie te verleiden. En de waanideeën worden zelfs in het buitenland overgenomen. Wat is er aan de hand? Zogenoemde kerven helpen om het duingebied sterker te maken. De wind blaast zand het gebied in, dit zand hoopt zich op en maakt de achterliggende duinen hoger. Zo ze sterker en een goede verdediging tegen opkomend zeewater.
Sterke zeewering
De kerven worden vier meter diep gegraven, tot op veertien meter boven NAP-niveau. Door de zandverstuiving zakt dit nog enkele meters, maar er kan geen zeewater door de kerven het duingebied instromen. De verstuiving van zand versterkt de zeewering die twee kilometer landinwaarts ligt. Het strandzand is belangrijk voor veel plant- en diersoorten die in de duinen leven. Door de neerslag van stikstof groeien bepaalde grassen en struiken extra hard en overwoekeren andere soorten planten. Het strandzand is kalkrijk en herstelt de verzuring van de stikstofneerslag. Door de verstuiving van zand krijgen we natuur met een grotere variatie.
Uitvoeringprogramma Natuur
Het project van de
kerven bij Castricum is onderdeel van het Uitvoeringsprogramma Natuur. Dit heeft als doel om achteruitgang van de natuur te voorkomen en om de schade aan de natuur vanwege stikstofneerslag te herstellen. Het graven van kerven wordt langs de hele kustlijn gedaan. Zo werden vier jaar geleden bij Egmond de kerven met de bijnaam ‘de zeven zusters’ aangelegd.