Annius Hoornstra ziet woonbeleid Oostenrijk als lichtend voorbeeld

Foto: Wikimedia / Ralf Roletschek

Het wordt hoog tijd dat Nederland lessen trekt uit het Oostenrijkse woonbeleid, zegt Annius Hoornstra, voormalig concerndirecteur stedelijke ontwikkeling van Zaanstad in een opiniestuk voor Gebiedsontwikkeling.nu. Er is één levensgroot probleem: er zijn nul raakvlakken met ons land.

De hoofdstad van Oostenrijk heeft 60 procent gereguleerde Gemeindewohnungen, die beschikbaar zijn voor huishoudens met een netto inkomen tot 50.000 euro voor eenpersoonshuishoudens en 90.000 euro voor huishoudens van vier mensen. Voor de lagere inkomens is huursubsidie beschikbaar. ‘De menging van inkomens in ieder complex leidt ertoe dat Wenen eigenlijk geen kwetsbare wijken kent met concentraties van sociale problemen,’ schrijft Hoornstra.

Oostenrijkers sparen via de staat en hun loonstrookje voor een (riant) pensioen en hoeven geen huizen te kopen om aan vermogensopbouw te doen. Door de lage huren in Wenen houden de inwoners geld over, dat ze grotendeels lokaal uitgeven. Die lage woonlasten kan de gemeente zich veroorloven omdat het Rijk jaarlijks ongeveer een half miljard euro aan subsidies voor woningbouw overmaakt, betaald uit een belasting van 0,5 procent van de lonen die zowel burgers als bedrijven afdragen. Het omgekeerde dus van wat Nederland doet, door corporaties juist extra te belasten.

Ook binnenstedelijke ontwikkeling

De stedelijke ontwikkeling van het door natuurparken omringde Wenen gebeurt door in hoge dichtheid uit te breiden langs de lijnen van nieuw aan te leggen metrolijnen. Zo verrijst aan de rand van het centrum een compleet nieuwe stadswijk met een park en collectieve binnentuinen. ‘Bijzonder en anders,’ noemt Hoornstra de Weense werkelijkheid. Hij is een aanhanger van het model: ‘Het Zwitserlevengevoel, maar dan in een ander Alpenland.’

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen