Beheerder Noordzeekanaal wil duidelijker garanties voor de scheepvaart

Foto: Wikimedia

Het Centraal Nautisch Beheer Noordzeekanaal (CNB) is niet helemaal tevreden met het ontwerpomgevingsplan voor het Hembrugterrein. Het wil duidelijker garanties ten behoeve van de scheepvaart.

Het samenwerkingsverband ziet graag dat de strook water langs de oevers van het Noordzeekanaal en die in de monding van de Zaan (de Voorzaan) een verschillende aanduiding krijgen, waarmee meteen duidelijk is dat het gebruik van het water van het Noordzeekanaal ‘wezenlijk anders’ is dan dat van de Voorzaan.

Geen aanlegvoorzieningen in het kanaal

Zo is het in het Noordzeekanaalgedeelte niet toegestaan om steigers, bolders of andere afmeervoorzieningen aan te leggen en in de Voorzaan wel. De strook met die restrictie zou wat het CNB betreft het Noodzeekanaal inclusief de eerste 50 meter van de Voorzaan moeten omvatten. De rest van de Voorzaan is wel geschikt voor het afmeren van boten.

Verder wil het CNB er geen enkel misverstand over laten bestaan hoe de regels met betrekking tot de vrijwaringszone worden toegepast. Dat is de zone aan weerszijden van een rijksvaarweg en daar zijn voorschriften voor, opgesteld in het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro). Die moeten belemmeringen voorkomen voor:

  • de doorvaart van de scheepvaart in de breedte, hoogte en diepte;
  • de zichtlijnen van de bemanning en de op het schip aanwezige navigatieapparatuur voor de scheepvaart;
  • het contact van de scheepvaart met bedienings- en begeleidingsobjecten;
  • de toegankelijkheid van de rijksvaarweg voor hulpdiensten;
  • het uitvoeren van beheer en onderhoud van de rijksvaarweg.

De vrijwaringszone wordt in het ontwerpomgevingsplan wel genoemd vanuit het perspectief van externe veiligheid, ‘maar vervolgens worden mogelijkheden geschetst om van de regels af te wijken,’ constateert het CNB. En dat is niet de bedoeling: er is een ‘eenduidige beschrijving van de zone inclusief de mogelijkheden en onmogelijkheden op basis van het Barro’ nodig.

Het CNB schrijft in zijn zienswijze er vanuit te gaan dat ‘de voorgenomen plannen zodanig worden gerealiseerd dat er geen belemmeringen zullen optreden voor een veilige, vlotte en milieuverantwoorde voortgang van het scheepvaartverkeer op het Noordzeekanaal en de Voorzaan’. Maar wel zwart op wit, alstublieft.

Het Centraal Nautisch Beheer Noordzeekanaal is een samenwerkingsverband tussen de Noordzeekanaalgemeenten (Zaanstad, Amsterdam, Beverwijk en Velsen) dat op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen is ingesteld voor het nautisch beheer van het gebied vanaf twaalf zeemijlen vanuit de koppen van de havenhoofden in IJmuiden tot aan de Oranjesluis in Amsterdam, inclusief de havenbekkens die uitkomen op de tussenliggende wateren.

 

 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen