Fietspaden in maar twee gemeenten natter dan hier na een hoosbui

Foto: Pixabay

In Gouda ondervinden fietsers de meeste overlast van plassen op het fietspad na een hevige regenbui, maar ook in Zaanstad zijn laarzen een noodzakelijk attribuut wanneer boven onze hoofden de sluizen opengaan.

Dat blijkt uit onderzoek van de Fietsersbond, nadat bijna 50.000 mensen een enquête invulden voor de verkiezing van Fietsstad 2018. Zaanstad bleek met de Zuid-Hollandse gemeente en Heeze-Leende, bij Eindhoven, om de weinig eervolle titel ‘waterfietsstad’ van Nederland te strijden en eindigde in die officieuze categorie op de derde plaats.

Ongekende schaal

De antwoorden van het publiek worden op dit moment samen met objectieve data uit de Fietsersbond Routeplanner door experts verwerkt. Rond de jaarwisseling wordt dan de definitieve lijst met uitslagen gepresenteerd en wordt bekend wie zich Fietsstad 2018 mag noemen. Nog nooit eerder is op deze schaal onderzoek gedaan naar de stem van de fietser. Alleen in Blaricum, Rozendaal, Vaals en Eemnes vulden te weinig mensen de enquête in om een goed beeld te krijgen van de fietsvoorzieningen.

Opvallend bij de waterrijke fietspaden in Gouda en Zaanstad is dat beide gemeenten op veengrond gebouwd zijn. De slappe ondergrond is mogelijk debet aan verzakkingen. Het veel kleinere en landelijk gelegen Heenze-Leende heeft een buitengebied dat vooral uit natuurgebieden – met fietspaden – bestaat. Heeze-Leende profileert zich graag als ‘de meest natuurrijke gemeente van Noord-Brabant’.

Fietser grotere stem

Nijmegen was in 2016 de laatste gemeente die zich Fietsstad van het jaar mocht noemen. Veenendaal (2000), Groningen (2002), Houten (2008), ’s-Hertogenbosch (2011) en Zwolle (2014) gingen de Gelderse stad voor. Sinds dit jaar is de verkiezing op een andere leest geschoeid, waardoor fietsers een veel grotere stem hebben gekregen.

 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen