Volgend voorjaar wordt opnieuw bekeken of het financieel haalbaar is om met ingang van 2022 de hondenbelasting af te schaffen. De 560.000 euro die dat scheelt kan Zaanstad het komende jaar niet missen.
Ook zaken als het structureel verder verhogen budget voor duurzaamheid (oplopend tot 650.000 euro vanaf 2023), het verder terugdringen van de achterstanden bij het onderhoud van de openbare ruimte (1,9 miljoen meer aan uitgaven per jaar), het verbeteren van het beheer van sportparken (vier ton vanaf 2022) en het creëren van een inloopvoorziening voor de hangers in het Burgemeester In ’t Veldpark (een half miljoen euro) komen dan weer op tafel. Het staat in een overzicht dat het college naar de raad heeft gestuurd op verzoek van fractievoorzitter Marianne de Boer van Lokaal Zaans.
Wat viel er zoal af?
Zij vroeg naar een overzicht van maatregelen waar het bij het opstellen van de ‘coronabegroting’ wel over gesproken, maar niet voor gekozen heeft. Er zijn zaken die geld kosten en daarom niet doorgaan en zaken die geld schelen en daarom geen doorgang kunnen vindn in deze onzekere tijden. Maar een hele gemeente ‘on hold’ zetten gaat evenmin: er moet toch worden geïnvesteerd om de stad en de dorpen leefbaar en mensen aan het werk te houden. De lijst met voorbeelden van zaken die zijn afgevallen is lang, maar niet uitputtend.
‘Het college ziet de noodzaak tot differentiatie naar wijken (zoals bij het actieplan Poelenburg – Peldersveld), maar dit mag niet zover gaan dat andere wijken er op achteruit gaan (geen verdere besparingen op buurthuizen of wijkmanagers),’ zo is te lezen. ‘Het college heeft de budgetten waar preventieve maatregelen en activiteiten uit betaald worden (bijvoorbeeld armoedemiddelen) zoveel mogelijk intact gehouden. Daarnaast heeft het college de (woon)lasten voor de inwoners zo laag mogelijk willen houden en daarin de minima ontzien.’ Wat we wel kunnen verwachten beschreven we al eerder, maar voorbeelden van afgevallen besparingen zijn:
- Het sluiten van zwembad Zaangolf (0,6 miljoen euro vanaf 2022);
- Het sluiten van drie gymzalen (0,08 miljoen vanaf 2022);
- Verkoop van de Forbostrook;
- Besparingen op buurthuizen (0,08 miljoen vanaf 2022);
- Het verlagen van de inzet van de wijkmanagers (0,22 miljoen vanaf 2022);
- Structureel bezuinigen op het topsportbudget (0,1 miljoen vanaf 2023);
- Verlaging van de gemeentelijke bijdrage aan de ziektekostenverzekering voor minima met vijf euro per maand (0,3 miljoen);
- Het aanpassen van de doelgroep voor de gemeentelijke collectieve zorgverzekering voor de minima van 110 procent bijstandsnorm naar 100 procent bijstandsnorm (een miljoen euro);
- Verhoging van de OZB (één procent verhoging betekent 360.000 euro extra inkomsten);
- Een verhoging van de prijs van een parkeervergunning (tien procent verhoging betekent 40.000 euro extra inkomsten);
- Het kostendekkend maken van de leges voor een urgentieverklaring (een verhoging van 57 euro per urgentie naar 575 euro per urgentie betekent 175.000 euro extra inkomsten);
- Verlaging van de budgetten voor preventie bij jeugdhulp en WMO-uitgaven (0,1 miljoen vanaf 2021);
- Het geheel kostendekkend maken van het ophalen van verwijderde fietsen (een verdere verhoging van 50 euro per fiets naar 100 euro per fiets, opbrengst niet uitgerekend).
