De VVD stelt voor om in Zaanstad een Deltaplan voor Elektrisch Vervoer op te stellen met daarin alle ins en outs van de gevolgen van de overgang van benzine- en dieselauto’s naar vervoermiddelen op andere energiebronnen. Er gaan immers hoe dan ook zaken fundamenteel veranderen.
De VVD vindt dat de gemeente deze omslag goed voorbereid tegemoet moet treden om nu al een basis te kunnen leggen voor toekomstige veranderingen. Omdat duidelijk is dat elektriciteit in eerste instantie de meeste kans maakt wordt daarop gefocust in een agenda-initiatief dat de kwestie op de raadsagenda moet krijgen: ‘Of en wanneer de auto’s op waterstof gaan rijden laten wij hierbij in het midden.’ Het zal volgens de fractie niet zo lang meer duren voordat mensen bij de aanschaf van een nieuwe auto rekening gaan houden met vragen als hoe laad ik mijn e-auto op, waar laad ik die op en hoeveel stroom heb ik nodig?
Integrale aanpak
De gemeente komt voor vragen en overwegingen te staan als waar installeren we oplaadpunten, gaan oplaadpunten op de hoek van de straat soelaas bieden of krijg je daar dan ’s avonds filevorming, wie gaat het betalen, heeft het stroomnet wel genoeg capaciteit, wat voor invloed heeft de benodigde infrastructuur op het parkeerbeleid, staan wij snoeren over de stoep toe, welke ideeën hebben andere gemeenten en welke maatregelen gaan zij nemen? ‘Al deze vragen en de antwoorden daarop hebben een relatie met elkaar en kunnen niet afzonderlijk worden beantwoord. Wij pleiten daarom voor een plan waar alle facetten in worden meegenomen,’ schrijft raadslid Tjeerd Rienstra in het initiatief: een Deltaplan voor Elektrisch Vervoer.
Meer mensen, meer auto’s
De prognose is dat in Zaanstad een bevolkingsgroei te zien zal zijn van 25 procent zien naar 200.000 inwoners in 2040. Volgens het gemeentelijke Vervoer en Verkeersplan groeit het vervoer per auto tot 2030 met 26 procent ten opzichte van 2015. Maar als zowel de huidige als de nieuwe autogebruikers allemaal elektrisch gaan rijden ontstaat een probleem. Die mensen willen ‘natuurlijk’ een oplaadpunt dichtbij huis. Maar het kan volgens de VVD niet zo zijn dat zij allemaal een snoer vanuit hun huis over de stoep naar hun leggen; ‘Het trottoir zal één groot struikelpad worden, om nog niet te spreken over de hindernissen die gebruikers van rolstoelen, rollators en kinderwagens tegen gaan komen. Geen optie dus.’
Debatonderwerpen
Maar hoe gaat Zaanstad het dan aanpakken? Komt er in de straat bij elke parkeerplek een stekkerplek of om de paar plekken? Hoe gaat de gemeente deze infrastructuur aanleggen? Moet daar nu al rekening mee worden gehouden bij nieuwbouw? Wie heeft er recht op stroom? Hoewel werktijden meer en meer gespreid worden zal het overgrote deel van de inwoners tussen 17:00 en 19:00 uur blijven thuiskomen en de stekker van de auto in het oplaadpunt willen steken. Wat betekent dit voor de capaciteit van het stroomnet? Hoe komt het net aan de stroom en hoe is deze stroom opgewekt? Het zijn allemaal vragen waar Rienstra en de zijnen graag met de overige fracties over willen debatteren. Net als over het idee van de VVD dat overwogen moet worden of een ‘oplaad- en parkeertarief’ in één handeling kan worden geïnd.
