Jaar 2019 afgesloten met 520 extra nieuwbouwwoningen

Foto: Pixabay / Juhele

Het aantal woningen door nieuwbouw groeide in Zaanstad het afgelopen jaar met 520 stuks, iets meer dan de helft van de 1000 die het gemeentebestuur er idealiter jaarlijks wil bijbouwen. De gemeente begon het jaar met 68.402 woningen en sloot af met 68.947. Door herbestemming of splitsing kwamen er nog eens 175 zelfstandige wooneenheden bij en er verdwenen er 78 door sloop en 72 om andere redenen, zoals een samenvoeging of herbestemming.

Volgens de nieuwste – voorlopige – cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek kwamen er in heel Nederland in 2019 een kleine 71.000 nieuwbouwwoningen bij. Dat is ruim zes procent meer dan in 2018 en het hoogste aantal in tien jaar tijd. Met deze nieuwbouw groeide de totale woningvoorraad met 0,9 procent. Nergens werd zo hard gebouwd als in Diemen, waar de woningvoorraad door nieuwbouw met bijna negen procent steeg. Op provinciaal niveau was de groei relatief het grootst in Flevoland, met 1,6 procent. Ook in Noord-Holland, Noord-Brabant, Utrecht, Gelderland en Overijssel lag de groei boven het landelijk gemiddelde. Limburg is de hekkensluiter.

Bron: CBS

Nederland telde op 1 januari 2020 bijna 7,9 miljoen huizen – bijna 77.000 meer dan een jaar eerder. Behalve door nieuwbouw verandert de woningvoorraad ook door sloop, splitsingen of samenvoegingen van woningen en door de transformatie van bestaande gebouwen. Dit laatste gebeurt bijvoorbeeld als een kantoorpand of winkel wordt omgebouwd tot appartementen. In 2018 kwamen er door transformatie 13.000 woningen bij. Zaanstad staat wat dat betreft niet in de top tien. Door transformatie ontstane woningen hebben doorgaans een relatief kleine oppervlakte: bijna de helft (43 procent) had een oppervlakte van minder dan 50 vierkante meter in 2018, terwijl ruim een kwart een oppervlakte van 50 tot 75 vierkante meter had.

Bron: CBS
Bron: CBS

 

 

 

 

Het overgrote deel van de getransformeerde woningen betreft huurwoningen die niet in het bezit van een corporatie zijn. Ze worden vooral bewoond door eenpersoonshuishoudens (61 procent) en paren zonder thuiswonende kinderen (27 procent). In tegenstelling tot andere huishoudtypen steeg het aandeel paren zonder thuiswonende kinderen in 2018. Dit was in 2017 nog 23 procent. De meeste hoofdbewoners van transformatiewoningen zijn jongeren in de leeftijd van achttien tot en met 27 jaar (47 procent). Ongeveer een derde van de bewoners is tussen 28 en 45 jaar. Ouderen vanaf 67 jaar wonen aanzienlijk minder vaak in transformatiewoningen (zes procent).

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen