Oprichter Burhan Gökalp (57) van de Vrije Democratische Partij in Zaandam is vandaag door de rechtbank in Alkmaar veroordeeld wegens discriminatie. Michael B. (44) uit Purmerend werd vrijgesproken van een gelijkluidende tenlastelegging. Het Bureau Discriminatiezaken Zaanstreek – Waterland deed al eind 2016 aangifte tegen beide mannen, omdat ze via internet tal van discriminerende uitingen verspreidden.
B. heeft een lange geschiedenis als aanhanger van het neonazisme en schroomde niet om daar via onder meer Facebook voor uit te komen. De berichten die via de computer van B. werden gepost waren doorspekt met nazistische symbolen en haatzaaiende berichten over moslims, joden en andere groepen. Het was voor de officier van justitie reden om tegen B. een voorwaardelijke werkstraf van 20 uur te eisen. De rechtbank acht echter niet bewezen dat B. de gewraakte uitingen zelf heeft gepost en sprak hem daarom vrij.
Burhan G. profileerde zich in 2016 als oprichter en leider van de Vrije Democratische Partij. De VDP deed mee aan de Tweede Kamerverkiezingen van 2017 en ageerde in de aanloop daar naartoe via onder meer Facebook en Twitter tegen homoseksuelen (‘Homoseksualiteit is een besmettelijke ziekte’) en joden (‘De enigen in de wereld die voor macht het eigen volk afslachten’). Tegen hem was een boete van 500 euro geëist, waarvan de helft voorwaardelijk. De rechtbank veroordeelde de Zaandammer conform die eis.
Teleurstelling
Het Bureau Discriminatiezaken schrijft in een reactie ‘teleurgesteld’ te zijn over beide uitspraken. ‘In de zaak tegen Mike B. verzuimde de politie bewijsmateriaal veilig te stellen, met als gevolg dat B.’s schuld niet kon worden vastgesteld. In beide zaken ging er bovendien dermate veel tijd verloren tussen de aangifte en de rechtszitting dat dit leidde tot lagere strafeisen dan gebruikelijk (en in het geval van G. tot een lagere straf).’ G. verscheen niet ter zitting bij de rechtbank in Alkmaar, maar claimde in een verweerschrift dat hij na zijn uitlatingen op internet en na een interview met Powned doodsbedreigingen had ontvangen. Uit het hele land kwamen klachten binnen over de opmerkingen van de VDP-voorman. In het verweerschrift bood die zijn excuses aan voor het geval hij bij mensen onrust had veroorzaakt.
