Het is D66 kennelijk ontgaan dat de gemeente afgelopen mei een punt heeft gezet achter de pilot met het zelf opruimen van petflesjes door ondernemers die deze verkopen, zo blijkt uit schriftelijke vragen. Die zijn dan ook grotendeels achterhaald, maar interessant is de vraag of het college bereid is om het gebruik van onder andere plastic handschoenen bij tankstations te verbieden in de strijd tegen zwerfvuil.
De handschoenen en de plastic hoesjes ter bescherming van ruitenwissers bij autowasstraten lijken door D66 relatief vaak in de openbare ruimte te worden aangetroffen. In de vragen aan het college wijst de partij erop dat private ondernemers volgens het Activiteitenbesluit milieubeheer verplicht zijn om in een straal van 25 meter de omgeving van hun bedrijf schoon te houden, maar dat bij navraag is gebleken dat vele daarvan niet op de hoogte zijn. De pilot van Nederland Schoon in Zaanstad en drie andere gemeenten begon met een ambitieuze ‘schoonmaakcircel‘ van 100 meter, die echter later tot 25 meter werd teruggebracht.
Niet schoner
Zaanstad bleek er in de aangewezen proefgebieden in Zaandam niet schoner door te worden, waarna het college besloot zich weer te concentreren op de ambities van de Statiegeldalliantie waar Zaanstad zich bij aangesloten heeft: ‘De gemeente blijft van mening dat het invoeren van statiegeld een logische stap is om de hoeveelheid petflesjes in het zwerfafval te reduceren,’ schreef het aan de gemeenteraad. D66 signaleerde in de nabije omgeving ‘van met name retailbedrijven zoals tankstations, autowasstraten, fastfoodrestaurants en supermarkten‘ veel zwerfafval, zoals lege blikjes, verpakkingen van snoep en plastic handschoentjes dat nooit opgeruimd wordt. En waarmee de verantwoordelijke ondernemers dus de facto in overtreding zijn. D66 wil weten of handhaving van de wet mogelijk is en wat dat toezicht dan gaat kosten.
Aanscherping regels
Overigens wordt nog deze zomer vanuit Brussel een EU-aanwijsbesluit verwacht waarin de verantwoordelijkheid voor zwerfafval volledig bij de verpakkende industrie wordt neergelegd. Hierbij wordt ook voorgeschreven dat gemeenten en het bedrijfsleven stevig moeten samenwerken om te voorkomen dat deze verpakkingen in het milieu terechtkomen.
