Kogel door de kerk: halfjaarlijks klok verzetten in 2021 voorbij

Foto: PxHere

Er komt in 2021 een einde aan het halfjaarlijkse verzetten van de klok. Dat heeft een meerderheid in het Europees Parlement vandaag beslist. De EU-lidstaten kunnen zelf bepalen of zij daarna permanent op zomer- of wintertijd overschakelen.

Het parlement heeft wel een uitstelclausule aangenomen om te voorkomen dat een lappendeken aan verschillende tijden ontstaat. Wordt gekozen voor de zomertijd als standaardtijd dan gaan in maart 2021 de klokken voor het laatst een uur vooruit. Bij een permanente wintertijd gaan ze in oktober 2021 nog een keer een uur terug. Werkgeversorganisatie VNO-NCW is niet gelukkig met het besluit, dat voor verschillende bedrijfstakken nadelig kan uitpakken. Zo vreest de horeca omzetverlies als het op zomeravonden eerder donker wordt. Voor bedrijven die handel drijven met het buitenland wordt de situatie naar verwachting een stuk onoverzichtelijker.

Meningsverschil Nederland, Duitsland en België 

Nederlanders willen het liefst in de wintertijd leven, bleek vorig jaar uit een peiling in opdracht van minister Kajsa Ollongren van Binnenlandse Zaken. Ruim 40 procent van de deelnemers koos voor die optie, een kwart voor de zomertijd en een kwart wilde alles bij het oude laten. Duitsland heeft zich al uitgesproken voor een permanente zomertijd en ook de Belgen hebben daar een voorkeur voor. Dat zou zomaar kunnen betekenen dat zelfs bij een kort reisje in de toekomst al rekening gehouden moet worden met verschillende tijdzones.

Dit jaar gaat de zomertijd overigens in op 30 maart. De wintertijd is terug op 27 oktober.

 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen