FNV steunt voorstel voor provinciale busbedrijven

De FNV steunt een voorstel dat het mogelijk moet maken dat provincies zelf het streekvervoer gaan organiseren, zonder de nu verplichte aanbestedingen. Er zijn op dit moment te veel problemen met het openbaar streekvervoer, stelt de vakbond. De huidige problemen met EBS in de Zaanstreek zijn er een schrijnend voorbeeld van.

De ellende komt volgens de FNV met name doordat het systeem wordt gedomineerd door het streven naar meer efficiency en kostenbesparingen. ‘De kern van het systeem klopt niet’, zegt Marijn van der Gaag, bestuurder FNV Streekvervoer. ‘Kostenbesparingen leveren vaak meer op dan investeren in extra verbindingen. Vervoerders worden zo geprikkeld om sneller niet-winstgevende lijnen te schrappen en de rij- en rusttijden van chauffeurs te verslechteren. Dit zorgt voor een torenhoge werkdruk.’

[embed][/embed]

Daarom steunt de FNV het initiatiefwetsvoorstel van PvdA/GroenLinks dat provinciebesturen de mogelijkheid biedt om het streekvervoer zelf te organiseren. In onze regio is de Vervoerregio Amsterdam daarvoor verantwoordelijk; buiten het gebied van dit samenwerkingsverband verleent de provincie de concessies in Noord-Holland. Decentrale overheden zijn verplicht om deze openbaar aan te besteden. Alleen de grote steden Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht zijn daarvan uitgezonderd. Het idee is dat provincies in de toekomst ook de mogelijkheid krijgen om het zelf te regelen met een eigen OV-bedrijf.

De FNV denkt dat dit in veel gevallen tot een beter openbaar vervoer zal leiden en provincies kunnen samen de financiële risico’s voor het streekvervoer dragen als ze de krachten bundelen. Er is volgens Van der Gaag nog een lange weg te gaan. ‘Maar voor nu geldt: stop de afbraak, maak het platteland beter bereikbaar, met een betrouwbare dienstregeling, met betaalbare ritprijzen. De FNV biedt ook het Witboek Streekvervoer aan de Kamer aan, met daarin een aantal aanbevelingen hoe het streekvervoer op korte en lange termijn verbeterd kan worden.