Steeds meer meldingen over Japanse duizendknoop

De plant in bloei.
De plant in bloei.
Foto: Pixabay / HOerwin56

Het aantal meldingen van de Japanse duizendknoop is in de afgelopen jaren flink toegenomen, blijkt uit een analyse van ANP / LocalFocus op basis van cijfers van Waarneming.nl. De snelle groei en makkelijke verspreiding van de plant vormen een groot probleem in Nederland. In Zaanstad zijn vrijwilligers grotendeels met de bestrijding belast.

De verspreiding van de plant in Zaanstad.

 

De inheemse plant is erg moeilijk onder controle te krijgen en kan veel schade aanrichten aan funderingen, wegen en riolering. Landelijk nam het aantal meldingen flink toe ten opzichte van voorgaande jaren. Alleen al tot eind mei in dit jaar werden er bijna anderhalf keer zoveel meldingen gedaan als de eerste maanden van vorig jaar. Zaanstad bestrijdt de plant op dit moment alleen op plekken waar de plant overlast geeft aan gebouwen en wegen. Dat gebeurt bovengronds door middel van heet water en ook door begrazing door schapen. De (digitale) kaart die hierboven is afgebeeld vindt u hier.

Chris van Dijk, plantendeskundige en onderzoeker aan de Wageningen Universiteit, zegt dat  het goed is dat er meer meldingen van worden gedaan. ‘Hoe meer mensen op de hoogte zijn van de probleemplant, hoe beter verspreiding kan worden ingeperkt.’  Japanse duizendknoop kan worden herkend aan frisgroene bladeren die in het voorjaar een rode nerf hebben. De stengel is groen met rode stipjes en hol. Van augustus tot oktober heeft de duizendknoop witte bloemen.

Geïmporteerd probleem

De plant richt schade aan door via bestaande scheuren in beton, metselwerk of asfalt omhoog te groeien. Hierdoor worden deze scheuren groter of kan de omliggende grond omhoog geduwd worden. De Japanse duizendknoop is een invasieve exoot en verdringt al woekerend andere planten die hier oorspronkelijk groeien. De soort komt oorspronkelijk niet voor in ons land en is in 1823 uit Japan geïmporteerd. ‘De Japanse duizendknoop wordt alleen door mensen verspreid, dieren dragen er niet aan bij,’ aldus Van Dijk. Vaak gebeurt de plantvermeerdering per ongeluk. ‘Er wordt veel gegraven in de Nederlandse grond. Als in de afgegraven grond een klein stukje wortel zit en deze grond ergens anders wordt gebruikt, is de plant zo verspreid.’

Het helpt volgens Van Dijk als mensen de exoot eerder herkennen, zodat ze beter weten wat ze ermee moeten doen. Het is bijvoorbeeld belangrijk dat het plantafval niet bij het tuinafval maar bij het restafval wordt gegooid, om te voorkomen dat de plant zich verder verspreidt.

 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen