De provincie heeft ruim 6,75 miljoen euro van het Rijk ontvangen om de natuur in de Polder Westzaan te herstellen. Het geld wordt gebruikt om de gevolgen van stikstof aan te pakken. In het beschermde natuurgebied zorgt een teveel aan stikstof voor minder biodiversiteit en een slechtere kwaliteit van grond- en oppervlaktewater.
Om te zorgen voor een verbetering worden in de Polder Westzaan verschillende maatregelen genomen. Er worden bijvoorbeeld drijfbalken in het water geplaatst om de oevers te beschermen en rasters op het land om vee en ganzen weg te houden. Dat helpt om de waterkwaliteit te behouden en vogels veilig te laten broeden. Ook worden beheermaatregelen genomen om de veenmosrietlanden te herstellen en zo nat mogelijk te houden, bijvoorbeeld door het graven en schoonhouden van rietkraagslootjes. Waar nodig wordt een teveel aan struiken en bomen weggehaald om het open landschap te behouden. Dat biedt bescherming voor (broedende) weidevogels tegen predatoren zoals roofvogels.
De maatregelen lopen van 2024 tot 2030 en worden gemonitord om te kijken wat de resultaten zijn. In het provinciale Uitvoeringsprogramma Natuur is beschreven welke maatregelen de provincie neemt om de natuur in in totaal dertien Noord-Hollandse Natura 2000-gebieden en stikstofgevoelige natuur binnen het Natuur Netwerk Nederland te herstellen. Op 29 januari ondertekenen de partijen die betrokken zijn bij het gebiedsproces van de Polder Westzaan een samenwerkingsverklaring. Hoewel het nieuwe kabinet een streep door het Nationaal Plan Landelijk Gebied heeft gezet, kiezen zij voor langdurige samenwerking.
De samenwerfkende partijen zijn de provincie, Zaanstad, het Platform Zaanse Veenweiden, de Land- en Tuinbouw Organisatie, de Agrarische natuurvereniging Water, Land en Dijken, Staatsbosbeheer en het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier.