De franchisers van Albert Heijn stappen naar de Hoge Raad voor een juridisch eindoordeel over hun conflict met de supermarktketen, meldt Distrifood. AH zou het voor de leden van de Vereniging van Albert Heijn Franchisenemers onmogelijk maken om een gezonde winstmarge te maken omdat de prijs die franchisenemers aan AH betalen voor een product ‘altijd gelijk is aan AH’s inkoopprijs, slechts vermeerderd met overeengekomen specifieke kosten’.
Franchisers zouden ‘massaal hebben besloten’ in cassatie te gaan tegen het vonnis van het Gerechtshof in Amsterdam dat afgelopen zomer de vereniging op alle fronten in het ongelijk stelde. Het conflict tussen de twee partijen speelt al tien jaar en werd een juridisch gevecht in 2014. De stap naar de Hoge Raad is ‘ ingegeven vanwege het grote belang voor de toekomst van de ondernemers’. Albert Heijn liet Distrifood bij monde van woordvoerder Anoesjka Aspeslagh weten het jammer te vinden dat de franchisenemers het besluit hebben genomen, ‘aangezien dit weer tijd en energie kost van beide partijen’. ‘Wij willen, samen met de franchisers, de tijd liever aan andere dingen besteden.’ De crux in het geschil is dat afrekening voor de eigen winkels van Albert Heijn gunstiger uitvalt dan voor die van de franchisenemers. De laatsten willen een gelijk speelveld.
In de tang genomen
Brancheorganisatie het Vakcentrum waarschuwde er in 2014 in het rapport Franchise en de ruimte voor zelfstandig ondernemerschap al voor dat de samenwerkingscontracten die ondernemers aangaan met formule-eigenaren worden steeds eenzijdiger worden. Sinds de jaren 80 zijn zelfstandige ondernemers samenwerkingsvormen aangegaan met winkelketens en schommelde het aantal formules rond de eeuwwisseling nog rond de 150, daar waren het in 2014 al meer dan 750. ‘Franchising is voor ondernemers met een winkelbedrijf bijna de enige manier om te kunnen overleven als winkelier. Echter, hierdoor wordt hen de bewegingsmogelijkheid om te ondernemen ontnomen. Ze worden letterlijk en figuurlijk in de tang genomen,’ aldus het rapport. Dat pleitte voor aangepaste wetgeving om de problemen te ondervangen, zowel op Europees als op nationaal niveau. Maar die aanbevelingen hebben geen effect gesorteerd.
