In 2019 en vorig jaar werden in Zaanstad door beleggers 700 woningen opgekocht, die daarna voor een groot bedrag verhuurd worden aan expats of aan tweeverdieners die geen hypotheek kunnen krijgen of die worden omgebouwd voor kamerverhuur. Het CDA wil die praktijk een halt toeroepen.
‘In het kort komt het erop neer dat de woningen voor de normale Zaankanter niet meer te gebruiken zijn,’ concludeert steunfractielid Nick Hendriks. De Huisvestingswet geeft vanaf 2022 gemeenten de mogelijkheid om beleggers te weren die bestaande woningen opkopen. De Tijdelijke regeling inzake opkoopbescherming is feitelijk een verhuurverbod voor de duur van vier jaar na aankoop van een woning in bepaalde expliciet benoemde delen van gemeenten.
Daarvoor moet er dan op de plekken sprake zijn van onevenwichtige en onrechtvaardige effecten van schaarste aan goedkope en middeldure koopwoningen. In die gevallen kan een gemeente bepalen dat een woning alleen met een vergunning mag worden verhuurd.
Groter gebied dan ‘usual suspects’
Via een agenda-initiatief wil Hendriks aan de weet komen of er een raadsmeerderheid is voor de invoering van een opkoopbescherming in Zaanstad en zo ja, of zijn collega’s dan ook menen dat die regeling zich niet moet beperken tot de Russische Buurt, Peldersveld, Poelenburg en Zaandam Zuid, de wijken met de meeste goedkopere huizen. Van het college wil hij weten hoeveel tijd het zou kosten om een lokale opkoopbescherming in elkaar te timmeren.
