Rolde het bijna 400 jaar oude wrak van een fluitschip dat vorig jaar werd gevonden op de bodem van de Finse Golf – de oostelijke uitloper van de Oostzee – van een scheepshelling in Zaandam? Komen we er ooit nog achter hoe het schip heette? En waar het thuishoorde?
Het zijn vragen die martitem archeologen boeien – en liefhebbers van de Zaanse maritieme geschiedenis waarschijnlijk evenzeer. Het schip dat op 85 meter diepte tot opwinding leidde onder Finse duikers verkeert in een opmerkelijk goede staat, dus het leek meteen al niet uitgesloten dat het nog geheimen zou gaan prijsgeven. ‘Het lijkt op een vroeg type fluit,’ vertelde onderzoeker Juha Flinkman vorig eerder al aan Scientias.nl.
Gebouwd in 1636
Onderzoek naar het schip heeft nu aangetoond dat het in 1636 gebouwd moet zijn: dat is het jaartal op het hakkebord, dat ook een afbeelding van een zwaan bevat. De internationale duikgroep Badewanne werkt samen met maritiem archeologen uit Finland, Nederland en Zweden aan het ontraadselen van de geschiedenis van het wrak. De zwaan refereert waarschijnlijk aan de naam van het schip. Gehoopt wordt om met nader onderzoek ook het wapenschild van de thuishaven van de driemaster en mogelijk ook de werf waar ze werd gebouwd te kunnen achterhalen.
Swaen, Zwaan of iets anders heette, maar we hebben nu wel een indicatie. Wat nog mist, is een aanduiding van de stad waar het schip vandaan kwam, misschien vinden we die nog als we het bord verder gaan schoonmaken…. (4)
— ArcheologieWaterland (@Archeowaterland) August 1, 2021
Het fluitschip of de fluit was in zijn tijd een belangrijk schip voor het transport van hout, teer en hennep uit gebieden rond de Oostzee vanwege haar zeer grote laadcapaciteit. ‘Dat het schip zo goed bewaard is gebleven is natuurlijk opmerkelijk,’ zegt Flinkman. Dat feit is grotendeels te danken aan de Oostzee zelf, met een laag zout- en zuurstofgehalte. Hierdoor kunnen wrakken eeuwenlang in goede staat blijven, zonder aangetast te worden door chemische, biochemische en biologische rottingsprocessen. Hout-etende wormen kunnen bovendien niet in dergelijke omstandigheden overleven.