Veroordelingen voor gewapende straatroof in juli 2018

Foto: Pixabay / Succo

Een man en een vrouw van nu 20 jaar zijn vandaag veroordeeld voor hun aandeel in een gewapende roofoverval op 28 juli 2018 in Zaandam. Daarbij werden drie slachtoffers beroofd van onder meer een horloge, een gouden ring en een telefoon. De man kreeg twee maanden voorwaardelijke jeugddetentie en een werkstraf van 100 uur, de vrouw een werkstraf van 60 uur.

Twee andere verdachten van achttien en 21 jaar zijn vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs. Een vijfde verdachte moet nog voorkomen bij de rechtbank in Amsterdam. Voor de overval werden de drie slachtoffers onder valse voorwendselen in een auto naar een rustige plek gelokt, waar ze werden geconfronteerd met meerdere mannen. Eén van hen was bewapend met een vuurwapen dat niet van echt te onderscheiden was, een ander had een mes bij zich. Onder dreiging van die wapens stonden de slachtoffers hun spullen af. Daarna werden ook nog andere goederen uit hun auto gestolen.

Grote impact

Tijdens de beroving zijn de slachtoffers bovendien geslagen en geschopt. Volgens de rechtbank is een gewapende straatroof bijzonder ernstig. Slachtoffers van gebeurtenissen als deze hebben vaak langere tijd te maken met psychische klachten. De nu veroordeelde deelnemer aan de gewelddadige beroving was zeventien toen het gebeurde. Hij is eerder veroordeeld voor een soortgelijk incident, maar heeft inmiddels begeleiding van een coach die hem helpt zijn leven op orde te brengen en aan een positieve toekomst te werken. Mede daarom legt de rechtbank hem een voorwaardelijke jeugddetentie op met een proeftijd van twee jaar, naast een werkstraf.

Medeplichtig

De vrouw is medeplichtig aan de roofoverval, vindt de rechtbank. Hoewel zij geen geweld heeft gebruikt, heeft ze de slachtoffers wel meegelokt en contact onderhouden met medeverdachten. Ze wist dat er spullen zouden worden afgepakt en heeft daarmee de kans aanvaard dat er geweld zou worden gebruikt. Zij was achttien ten tijde van het misdrijf, maar de rechtbank zag aanleiding om ook haar via het jeugdstrafrecht te berechten. Zij is niet eerder met justitie in aanraking gekomen en heeft geen contact meer met de anderen die betrokken waren bij het delict. Een werkstraf is volgens de rechtbank daarom passend. Daarnaast zijn de twee veroordeeld tot het betalen van schadevergoedingen aan de slachtoffers.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen