Werkgevers beginnen personeel van 40 al oud te vinden

Foto: UWV

Eigenlijk begin je als werknemer op je veertigste al oud te worden voor een werkgever, zo blijkt uit een inventarisatie van BNR Werkverkenners. En de ‘oudere’ werknemer moet zelf zorgen dat hij of zij aantrekkelijk blijft voor een baan.

Wie nog een baan heeft, zal vaker zelf het gesprek met de baas aan moeten gaan, zodat die weet dat zijn werkkracht nog barst van de ambitie en meer te bieden heeft dan zich verdringende ‘rivalen’. Zodra de keuzevrijheid groter is, kiezen werkgevers toch bij voorkeur voor een jongere medewerker, zegt Beatrice van der Heijden, professor Strategisch Personeelsmanagement aan de Radboud Universiteit in Nijmegen.

Verval begint bij 40

De terugloop van het ‘loopbaanpotentieel’ begint volgens Van der Heijden al om en nabij het 40e jaar – als het meezit. ‘In de ICT-sector ben je zelfs gemiddeld op je 36e minder flexibel, ambitieus en innovatief, althans: in de hoofden van de leidinggevende. Dat zie je ook als je ze door bepaalde vragenlijsttechnieken een ideale leeftijdsopbouw laat invullen. Men dicht jongere medewerkers meer positieve eigenschappen toe.’

Flexibiliteit, ambitie, innoverend vermogen en aanpassingsvermogen, het zijn allemaal eigenschappen die vooral aan jongeren worden toegedicht, zegt Van der Heijden. Mensen boven de 40 moeten opboksen tegen labels als ‘niet flexibel’, ‘weinig ambitieus’ en ‘minder innoverend vermogen’. Daar komt nog eens bij dat oudere werknemers eerder als ‘gefrustreerd’ worden beschouwd. En dus zetten zelfs financiële lokkertjes weinig zoden aan de dijk.

Bouw groeisector

Het hangt wel erg van de sector af waarin men werkzaam is – of zou wíllen werken. Rob Witjes, hoofd arbeidsmarktinformatie bij het UWV: ‘In zijn algemeenheid kun je zeggen dat zowel werkgevers als werknemers aangeven dat de kansen op de arbeidsmarkt al voor het 45e jaar afnemen. Op dit moment is er heel veel vraag naar mensen in de bouw en dan zie je dat schilders, loodgieters en timmerlieden van 50-plus een stuk gemakkelijker aan het werk komen.’

Bron: Het Financieele Dagblad

Al in 2015 voorzag het Centraal Plan Bureau dat met name werkloze ouderen het ook na de crisis zwaar zouden krijgen dan wel blijven houden op de arbeidsmarkt: ‘Onder de langdurig werklozen (destijds 270.000 mensen die meer dan een jaar zonder werk zitten, direct beschikbaar zijn én actief zoeken, red.) is bijna de helft ouder dan 50 jaar. Dat komt niet doordat oudere werknemers hun baan vaker verliezen. Maar als zij werkloos raken, is de kans op langdurige werkloosheid bijna twee keer zo groot als gemiddeld.’

Beleid Zaanstad

In Zaanstad mogen de Sociale Wijkteams geld besteden aan zaken waarmee zij inwoners willen helpen op het gebied van werk, huisvesting of armoedebestrijding. Daar was in 2015 400.000 euro voor beschikbaar en uit een tussentijdse evaluatie bleek dat de uitgekeerde bedragen tussen de tien en 8000 euro per persoon lagen. Van de vier ton werd slechts 74.000 euro uitgegeven. De proef is inmiddels omgezet in beleid.

Wie op na zijn 50e na de WW nog steeds geen werk gevonden heeft, kan bovendien in aanmerking komen voor de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), maar het is niet zeker dat die regeling ook in de toekomst blijft bestaan. Voor mensen die na hun 60e hun baan verliezen is er de IOW. Het televisieprogramma Radar is een petitie gestart om werkloze 55-plussers als experiment een basisinkomen te geven.

De meeste ‘ouderen’ willen echter helemaal geen uitkering, maar ‘gewoon’ weer aan het werk. En nu de krapte op de arbeidsmarkt in vele sectoren toeneemt is er wel een beetje licht aan het eind van de tunnel. Vorig jaar daalde de langdurige werkloosheid in de groep tussen 55 en 65 jaar in absolute aantallen van 78.000 naar 75.000.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen