Noot Personenvervoer en Zorgvervoercentrale Nederland (ZCN) gaan in elk geval de komende drie jaar het doelgroepenvervoer verzorgen in Zaanstad en deels in Wormerland en Oostzaan. De huidige contracten lopen op 1 augustus af.
Noot wordt in de drie gemeenten verantwoordelijk voor het leerlingenvervoer en in Zaanstad voor het vervoer in het kader van de Participatiewet, terwijl ZCN zorg gaat dragen voor het aanvullend openbaar vervoer in de Zaanstreek en alleen in Zaanstad voor het collectief vraagafhankelijk vervoer. De gemeenten verwachten aan Noot jaarlijks maximaal 2.390.000 euro kwijt te zijn en aan ZCN net iets meer dan twee miljoen. De overeenkomsten kunnen maximaal twee keer met één jaar verlengd worden.
De vorm van aanbesteden was ditmaal gebaseerd op de principes van Best Value Procurement. De gemeenten stelden de kaders en randvoorwaarden vast en gaven aan wat het beschikbare budget was. De inschrijvers onderbouwden in hun plannen van aanpak hun prestaties met referentiecijfers. Daarnaast gaven zij aan op welke manier zij de kwaliteit van het vervoer willen verbeteren, wat als een belangrijke voorwaarde was genoemd.
Trackingapp voor ouders
Tot die verbeteringen behoren onder meer een app voor ouders, zie zo direct contact met de vervoerder hebben en de taxi(bus) met hun kind(eren) kunnen volgen; de verbetering van de klachtenprocedure (onmiddellijke inzage en contact tussen de gemeente Zaanstad en ZCN) en een toenemend gebruik van elektrisch vervoer (e-bussen) bij beide bedrijven. Alle twee hebben die in hun plan van aanpak ook aandacht gegeven aan social return on investment: ze besteden tenminste vijf procent van de aanneemsom aan het bieden van werkplekken voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.
Bij de beoordeling van de kandidaten waren ook professionals van de Sociale Wijk- en Jeugdteams en vertegenwoordigers van (voorheen) de Seniorenraad betrokken. Uitgangspunten bij de overgang naar de nieuwe vervoerders is om huidige werkwijzen die in de praktijk ten goede zijn gekomen aan de kwaliteit en de efficiëntie van het vervoer zoveel mogelijk aan te houden, en een geruisloze overgang voor de reizigers te realiseren.
