Ruim 3200 inwoners van Noord-Holland hebben dit jaar hun bloeddruk laten opmeten bij een regionaal bloeddrukmeetpunt van de Hartstichting. Een op de drie bleek een verhoogde bloeddruk (een bovendruk hoger dan 140 mmHg) te hebben en twee procent zelfs een ernstig hoge bloeddruk (hoger dan 180 mmHg). Het toont aan hoe belangrijk het meten is.
De Hartstichting verwacht dat meer inwoners van onze provincie nietsvermoedend rondlopen met een (te) hoge bloeddruk. Daarom roept zij inwoners van 40 jaar en ouder op om regelmatig te meten, ook als zij zich gezond voelen. ‘Mensen gaan vaak pas naar de dokter als ze klachten hebben,’ zegt huisarts David Smeekes van de Hartstichting in een persbericht. ‘Maar bij een hoge bloeddruk heb je die vaak niet. Terwijl er ongemerkt wel schade kan ontstaan, bijvoorbeeld aan je bloedvaten, hart en hersenen. Dit kan leiden tot bijvoorbeeld een hartinfarct, beroerte of hartfalen.’
Zelf thuis meten
De Hartstichting wil dat bloeddrukwaarden meten net zo gewoon wordt als het gewicht wegen. Wie zelf een bloeddrukmeter heeft kan dat thuis in alle rust doen. Steeds meer werkgevers bieden bovendien bloeddrukmetingen aan en ook bij veel thuiszorgwinkels kan men hiervoor terecht. Alleen als de bloeddruk ernstig verhoogd is (vanaf een bovendruk van 180 mmHg) of ook na een aantal metingen op verschillende momenten boven de 140/90 is is een bezoek aan de huisarts nodig.
Gezonder leven kan de bloeddruk omlaag brengen: niet meer roken, meer bewegen, gewicht verliezen en dagelijkse zoutinname met een derde verminderen. Soms adviseert de huisarts medicijnen. Als de gemiddelde bloeddruk van alle Nederlanders met twee mmHg daalt, kunnen volgens de Hartstichting jaarlijks 1500 sterfgevallen en 6000 nieuwe gevallen van hart- en vaatziekten voorkomen worden.
Uit onderzoek van de Hartstichting blijkt dat landelijk één op de drie Nederlanders in de leeftijd van 30 tot 70 jaar een hoge bloeddruk heeft en/of daar medicijnen voor gebruikt. Van hen weten vier op de tien niet dat zij mogelijk tot een risicogroep horen. Het gaat om zo’n 1,2 miljoen Nederlanders.
