Op verschillende plekken in Zaanstad heeft de iepziekte toegeslagen en moeten bomen worden gekapt. De iepziekte is een schimmelinfectie waaraan de boom sowieso doodgaat. Omdat het om de bestrijding van een besmettelijke boomziekte gaat is voor het kappen van de aangetaste iepen geen vergunning nodig.
Als de schimmel binnendringt gaat de boom zijn houtvaten afsluiten. De tak boven de vaatafsluiting wordt daardoor afgesloten van voedsel en sterft af. De schimmel woekert echter door en binnen veertien dagen sterft de hele boom. Dat is niet te voorkomen: er is nog geen genezing gevonden. Om te zorgen dat er geen gezonde bomen worden aangetast haalt de gemeent de zieke bomen weg. Na het omzagen blijft een deel van de stam staan. Om alle gevaar uit te sluiten wordt de bast ervan afgehaald en worden de restanten weggefreesd. De iepziekte verspreidt zich gemakkelijk van aangetaste naar gezonde bomen via de grote en kleine iepenspintkevers. Deze diertjes leggen eitjes onder de bast van zieke iepen of in opgeslagen openhaard hout. Als de eitjes zijn uitgekomen vliegen de jonge kevers met de schimmel aan hun lijf naar een gezonde iep. Daar knagen zij zich een weg in de oksels van twijgen en besmetten zo de boom.
