Gemeente op de vingers getikt voor uitschrijving uit basisregistratie

Foto: Flickr

De gemeente Zaanstad heeft ten onrechte een oud-inwoner uitgeschreven uit de basisregistratie personen door een vertrek uit Nederland te registreren. Volgens de betrokkene was hij nadien nog steeds in ons land, als dakloze in Amsterdam. Het handelen van Zaanstad zou nadelig voor hem uitpakken bij de toekomstige berekening van zijn AOW.

De man stapte naar de Raad van State nadat de rechtbank zijn beroep tegen de uitschrijving niet-ontvankelijk had verklaard en de hoogste bestuursrechter heeft hem in het gelijk gesteld. Vanwege de verregaande consequenties moet het uitschrijven uit de basisregistratie zeer zorgvuldig gebeuren en daarbij heeft Zaanstad gefaald.

Hennepkwekerij

De man woonde in de sociale huurwoning in Krommenie tot in oktober 2016 bleek dat in het huis een hennepkwekerij was aangetroffen en dat er feitelijk niet gewoond werd. Naar aanleiding van die melding berichtte het college de man op 19 december 2016 dat hij zou worden uitgeschreven van het adres in Krommenie. Er dat gebeurde uiteindelijk ook.

In het bezwaarschrift tegen dit besluit meldde de betrokkene zonder woonadres in Amsterdam te verblijven en daar een briefadres te hebben aangevraagd. Het college concludeerde daarop dat hij uit Zaanstad was vertrokken zonder zijn verhuizing te melden en dat er geen mogelijkheid was om hem een briefadres in Zaanstad ter beschikking te stellen. Dan zat er niets anders op dan de inschrijving in de basisregistratie op te schorten. Het bezwaarschrift werd afgewezen.

Rechtbank

De rechtbank oordeelde in eerste aanleg dat het voor het recht op een AOW-uitkering wel van belang is dat een persoon in Nederland heeft gewoond, maar dat waar iemand woont tegen de tijd dat de uitkering van de AOW in zicht komt moet worden beoordeeld. De man zou daarmee geen belang hebben bij een beoordeling van zijn beroep. Maar in die zienswijze ging de Raad van State niet mee. Dat er gevolgen zijn voor de ouderdomsuitkering staat ook in de brief die het college in december 2016 stuurde.

Bovendien steunt de Sociale Verzekeringsbank die de AOW uitvoert in de praktijk sterk op de basisregistratie personen. ‘Dit betekent dat de SVB aanneemt dat een betrokkene geen ingezetene is als hij niet in de BRP staat ingeschreven.’ Om die reden wordt de niet-ontvankelijkheid vernietigd.

Plichten verzaakt

Volgens de voormalige inwoner van Krommenie heeft Zaanstad haar plichten verzaakt door geen gedegen onderzoek te doen naar zijn nieuwe adres. Het Zaanse college wist dat hij een bijstandsuitkering kreeg van de gemeente Amsterdam en wist ook van zijn postadres af, omdat het daar een brief naar toestuurde. Een brief die ook beantwoord werd.

Grote waarde

Er wordt grote waarde gehecht aan de kwaliteit van de basisregistratie,’ schrijft de RvS in het vonnis in deze zaak. ‘Het spreekt voor zich dat, gezien het doel en het belang van de basisregistratie personen als hét informatiesysteem van de overheid waarin algemene persoonsgegevens over burgers worden bijgehouden, die gegevens aan hoge eisen van betrouwbaarheid moeten voldoen.’

De gemeente Zaanstad verweerde zich tegen de aantijging hier al te laks mee te zijn omgesprongen met het verweer dat ze weliswaar op de hoogte was van het postadres, maar niet kon niet achterhalen of de man ook werkelijk in Amsterdam woonde. Er is post naar toegestuurd, de man is gebeld en er is contact geweest met de gemeente Amsterdam, uiteindelijk werd de inschrijving in Zaanstad opgeschort.

Proceskosten voor Zaanstad

Dat betoog werd door de rechter verworpen. Het college moet naast de proceskosten van 501 euro voor juridische bijstand van de winnaar ook het door hem betaalde griffierecht van 253,00 terugbetalen.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen