Is proviciaal verbod op varend ontgassen een wassen neus?

Foto: Wikimedia / Guyon Morée

Sinds 1 maart 2017 geldt in Noord-Holland een verbod op varend ontgassen om te voorkomen dat benzeen en benzeenhoudende ladingen in de lucht terechtkomen. Maar in hoeverre is dat verbod een wassen neus en ademen aanwonenden van bijvoorbeeld het Noordzeekanaal nog steeds die vervuiling in?

Dat wil de provinciale SP te weten komen van Gedeputeerde Staten naar aanleiding van de boodschap van minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat dat een vergelijkbaar door Gelderland ingesteld verbod niet te handhaven is. Als gevolg daarvan gaan benzeentankers gewoon door met ontgassen terwijl ze in die provincie over de Rijn en Waal varen. Schippers steken zelfs vanuit Duitsland, waar een landelijk verbod geldt, massaal bij Lobith de grens over om hier hun giftige gassen te lozen.

Kamervragen

In de Tweede Kamer waren vragen gesteld over die omwenselijke situatie, waarop de minister antwoordde dat het landelijk verbod op varend ontgassen op z’n vroegst in 2020 zal ingaan, als de ontgassingsverboden in de lidstaten van het Scheepsafvalstoffenverdrag in werking treden. Tot dan is er voor de meeste stoffen geen sprake van overtredingen bij lozingen in de Nederlandse lucht. Schippers die een chemische stof hebben vervoerd moeten ventileren om de restgassen kwijt te raken. Daar zijn speciale installaties voor, maar daarvoor moet betaald worden.

SP-Statenlid Anna de Groot wil nu weten of het Noord-Hollandse verbod op varend ontgassen desondanks gunstige resultaten heeft opgeleverd en of er een overzicht van de resultaten beschikbaar is. Van Nieuwenhuizen stelt dat de verantwoordelijkheid voor de handhaving van provinciale verordeningen bij de provincies ligt. Dus welke stappen zijn in Noord-Holland ondernomen voor het opsporen van overtredingen?

Taskforce

Uit de antwoorden van de minister blijkt ook dat er onder leiding van Noord-Holland een taskforce werd ingesteld om een effectieve invoering van het ontgassingsverbod in 2020 mogelijk te maken. Hoe ver is dat gezelschap inmiddels, vraagt De Groot.

Het verbod op varend ontgassen moet in 2023 zorgen voor ongeveer 95 procent minder uitstoot van schadelijke vluchtige stoffen. De invoering begint met een verbod op het ontgassen van motorbrandstoffen en benzeen in 2020, gevolgd door meer dan tien procent benzeenhoudende vloeistoffen in 2022 en ten slotte in 2023 een verbod op de 25 meest vervoerde gevaarlijke stoffen.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen