DZ volgt een brief van een inwoner aan het college – al bijna een jaar geen antwoord

Foto: Pixabay

Democratisch Zaanstad ontvangt naar eigen zeggen ‘regelmatig’ klachten van inwoners over onregelmatigheden bij de behandeling van bezwaarschriften of klachten. Die worden door de gemeente of niet of te laat beantwoord of ‘verdwijnen’ zelfs ergens op het gemeentehuis.

Om te schetsen hoe dat kan gaan heeft ZD een voorbeeld op schrift gezet in vragen aan het college:

  • Op 11 mei 2017 stuurde een inwoner een brief naar uw college. Dit schrijven betreft een reactie op een aankondiging van een beschikking, te ontvangen door een familielid woonachtig in het buitenland.
  • Op 12 mei 2017 ontvangt de inwoner van Zaanstad reactie van de afdeling belastingen. Zij kunnen het ‘bezwaarschrift’ niet in behandeling nemen omdat zij niet bevoegd zijn en zenden het ‘bezwaarschrift’ terug.
  • Op 16 mei 2017 reageert de inwoner op het onbeantwoord terugsturen van de brief aan het college van Zaanstad.
  • Op 18 mei 2017 komt er een aanvullend schrijven ten aanzien van de aangekondigde beschikking.
  • Op 30 mei 2017 reageert het hoofd van de afdeling klantcontactcentrum. Deze deelt mede dat een klacht niet namens iemand anders ingediend kan worden, zonder machtiging daartoe.
  • Op 20 juni 2017 stuurt onze inwoner een reactie op het schrijven van het hoofd van de afdeling klantcontactcentrum gedateerd op 30 mei 2017. De inwoner geeft aan dat geen bezwaarschrift ingediend is, omdat de beschikking door een familielid ontvangen is, waarvoor de persoon in kwestie probeert een klacht in te dienen bij het college van Zaanstad.
  • Op 22 juli 2017 attendering van briefschrijver dat nog niet geantwoord is op het schrijven van 20 juni 2017, gericht aan het college.
  • Op 28 juli reageert onze inwoner per brief op de door de gemeente op 30 mei verstuurde brief. In het schrijven wordt de gemeente erop gewezen dat zij een verkeerde datumregistratie hanteert en een verkeerde sekseaanduiding.
  • Op 19 augustus 2017 heeft onze inwoner zijn reactie op de aangekondigde beschikking per brief herhaald en een nieuwe handhavingsactie beschreven. Daarbij is tevens het verzoek gedaan om de bij deze handhavingsactie opgelegde naheffing te seponeren.
  • Op 10 september 2017 attendering van briefschrijver dat nog niet geantwoord is op het schrijven van 11 mei 2017, gericht aan het college.
  • Op 17 oktober 2017 attendering van briefschrijver dat nog niet geantwoord is op het schrijven van 11 mei 2017.
  • Op 1 december 2017 attendering van briefschrijver dat nog niet geantwoord is op het schrijven van 11 mei 2017.
  • Op 7 december 2017 uitnodiging van de klachtencoördinator van de gemeente Zaanstad voor het bespreken van de situatie.
  • Op 9 december 2017 reactie van briefschrijver waarin verbazing wordt uitgesproken over het ‘afschuiven’ van de zaak. De burger verzoekt opnieuw beantwoording door het college van Zaanstad.
  • Op 14 januari 2018 herhaald verzoek aan het college om een reactie.
  • Op 11 februari 2018 brief inwoner aan de gemeentelijke Ombudsman wegens het niet beantwoorden van de brief van 11 mei 2017.
  • Op 14 februari 2018 uitnodiging van de klachtencoördinator omdat de klacht niet duidelijk is.
  • Op 15 februari 2017 een herhaald verzoek aan het college om reactie.
  • Op 5 april 2018 een reactie van de Ombudsman op het schrijven van 20 maart 2018. De Ombudsman verzoekt de briefschrijver om in overleg te treden met gemeente Zaanstad.
  • Op 6 april 2018 een reactie op de brief van de Ombudsman met het verzoek om bemiddeling van diens kant om in contact te komen met het college.
  • Op 16 april 2018 een brief van de Ombudsman waarin wordt aangegeven dat de inwoner een gesprek aan dient te gaan met de klachtencoördinatoren van de gemeente Zaanstad.
  • Op 17 april 2018 retourzending van het dossier door de Ombudsman.
  • Op 24 april 2018 een brief naar aanleiding van de retourzending door de Ombudsman.

Naar aanleiding van deze casus wil DZ nu weten hoe dit zo heeft kunnen lopen. De partij meent dat inwoners recht hebben op duidelijke antwoorden wanneer zij een brief aan het college richten en dat bij de beantwoording in elk geval duidelijk moet zijn van wie de antwoorden afkomstig zijn.

Uitnodiging voor gesprek

Is uw college met ons van mening dat de briefschrijver in een veel eerder stadium door uw college uitgenodigd had moeten worden voor een gesprek, ook in het kader van de-juridificering van onze gemeentelijke processen?’ wil fractievoorzitter Juliëtte Rot ook nog weten.

Klacht, bezwaar en melding

De hele procedure zet burgers bovendien niet zelden op het verkeerde been: de begrippen klacht, bezwaar en melding worden regelmatig door elkaar gebruik en inwoners raken daardoor het spoor bijster. ‘Op welke wijze worden burgers actief geïnformeerd over de voorwaarden waaraan voldaan moet worden om een klacht in te kunnen dienen?’ vraagt Rot daarom.

Ze wil bovendien horen hoe de door haar beschreven casus zal aflopen. Gaat het college ooit nog een reactie geven op de brief van 11 mei 2017? En zo nee, waarom niet?

 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen