Personeel van de gevangenis in Westzaan mag niet langer buiten de lunchpauzes een sigaretje opsteken. Dat heeft de rechter bepaald.
Het voorgenomen besluit om het roken te beperken tot de onbetaalde pauze stuitte op verzet bij de ondernemingsraad, waarop de werkgever de kantonrechter vroeg om vervangende instemming. Die is nu verleend.
‘Niet eerlijk en mogelijk gevaarlijk’
Volgens de kantonrechter is het voor niet-rokende collega’s niet eerlijk als de wel rokende medewerkers een extra pauze krijgen om een sigaret op te steken. Bovendien had de werkgever terecht aangevoerd dat wanneer rookpauzes worden overgelaten aan de medewerkers, er geen overzicht meer is van op een bepaalde plek aanwezige personeelsleden. Dat kan mogelijk kwalijke gevolgen hebben voor de handhaving van de orde en de veiligheid in de penitentiaire inrichting.
Dat het rookverbod kan leiden tot stress doet hier volgens de rechter niets aan af.
Gedetineerden roken wel
De uitspraak is extra zuur voor rokende medewerkers omdat gedetineerden in hun cellen wel mogen roken, ook als de deur daarvan openstaat, en omdat dit met regelmaat leidt tot brandmeldingen en het uitrukken van de brandweer. Een rookverbod voor de cellen zit er niet in, omdat die juridisch gezien gelijk worden gesteld aan huiskamers. De ondernemingsraad voerde voor de rechter nog aan dat het strengere rookregime voor personeel gedetineerden uitdaagt tot pestgedrag, maar ook daar ging de rechter niet in mee.
