Een trits instanties houdt zich momenteel bezig met de raadselachtige
aanwezigheid van het al sinds 1998 verboden bestrijdingsmiddel dinoterb in oppervlaktewateren in Noord-Holland, waaronder de Zaan. Voorlopig zijn er alleen vragen en ontbreken antwoorden.
De GGD, het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit en het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier richten zich allemaal op hun deelgebied wat betreft toezicht en veiligheid. Het waterschap gaat nog een keer de meetresultaten doorlichten om vast te stellen of dinoterb inderdaad in alarmerende concentraties aanwezig is in het oppervlaktewater, zei wethouder Wessel Breunesse gisteravond in antwoord op
vragen van de Partij voor de Dieren . Die had vooral de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied op de korrel, maar deze blijkt nu juist géén rol te spelen in deze kwestie. Op de belangrijkste vraag, namelijk of de gezondheid van Zaankanters in het geding is door de aanwezigheid van het landbouwgif in de Zaan, moest Breunesse het antwoord vooralsnog schuldig blijven.
[embed][/embed]