Meer vleermuizen bij belastingkantoor dan vijf jaar geleden

Foto: Google Street View

Er is een gewijzigde ontheffing van de Wet natuurbescherming verleend voor de Bossingschaaf 20 in Zaandam, de plek van het voormalige belasingkantoor. Daar moeten woningen komen, maar de ontwikkelaar moet daarvoor wel extra tijdelijke en permanente vleermuisverblijfskasten plaatsen.

De oorspronkelijke ontheffing dateerde al van 3 oktober 2017 en daarom heeft de Omgevingsdienst Noord-Holland Noord nieuw onderzoek naar vleermuizen uitgevoerd. Daarbij zijn zes verblijfplaatsen van de gewone dwergvleermuis gevonden, waar dat er bijna vijf jaar geledenn was nog maar één was. Het gaat nu om vier paarverblijfplaatsen en twee zomerverblijfplaatsen, waardoor er meer ‘vervangende huisvesting’ voor de beschermde diertjes moet komen. Het betekent concreet 24 tijdelijke vleermuiskasten op de locatie en hetzelfde aantal permanente kasten in het nieuw te bouwen appartementencomplex. 

 

Het ongeschikt maken van de oorspronkelijke verblijfplaatsen van de gewone dwergvleermuis (Pipistrellus pipistrellus) dient plaats te vinden buiten de kwetsbare periode, te weten de paarperiode van 15 augustus tot en met 15 oktober en de winterrustperiode van 1 november tot en met 31 maart. Afhankelijk van het seizoen en de weersomstandigheden kunnen deze periodes langer dan wel korter zijn, en de geschiktheid voor het uitvoeren van de werkzaamheden dient daarom te worden bepaald door een deskundige. Verder mag er alleen begonnen worden als de vleermuizen hun verblijfplaats uit eigen beweging hebben verlaten. 

Amfibieënscherm

De ontwikkelaar gaat ook een amfibieënscherm plaatsen om te voorkomen dat de rugstreeppad op de bouwplaats kan komen. Dat scherm dient het scherm minimaal 50 centimeter hoog te zijn en moet minimaal tien centimeter te worden ingegraven. Het amfibieënscherm dient onder begeleiding van een deskundige en buiten de actieve periode – die duurt van 1 april tot en met 15 oktober – gerealiseerd te worden. Daarnaast dienen er ter aanvulling op het scherm minimaal om de 20 meter eenrichtingsamfibiepassages aangelegd te worden, zodat kleine grondgebonden (zoog)dieren het gebied waar gewerkt wordt kunnen verlaten. Binnen een strook van minimaal 50 centimeter breed aan de buitenkant van het amfibieënscherm dient de vegetatie kort gemaaid te zijn (maximaal tien cm hoog) en kort gehouden te worden zodat gebreken aan de schermen worden voorkomen

Controles

In de actieve periode van de rugstreeppad moet minimaal één keer per week het amfibieënscherm door een deskundige worden gecontroleerd op gebreken zoals kieren, overhangend bouwmateriaal of ernaast liggend afval. Gebreken aan het scherm dienen direct te worden hersteld en van de controles moet een logboek worden bijgehouden. Belanghebbenden die het niet eens zijn met de herziene ontheffing van de Wet natuurbescherming hebben zes weken de tijd om er bezwaar tegen te maken.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen