Het college wil de Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC) voor nieuwbouwwoningen verlagen van de huidige 0,4 naar 0,2, wat mogelijk wordt door aanmelding voor de Crisis- en Herstelwet. Dat betekent wel dat bij een paar projecten vertraging kan optreden of claims kunnen worden ingediend, maar dat wordt op grond van de duurzaamheidsambities voor lief genomen.
Nu al kan Zaanstad duurzaamheid voor 30 procent mee laten tellen bij de aanbesteding dan wel grondverkoop bij gebiedsontwikkeling. Inschrijvers kunnen punten scoren op het moment dat zij een tenminste 60 procent lagere energieprestatie neerleggen dan de Bouwbesluitnorm (EPC 0,4). Maar daarmee is Zaanstad nog steeds afhankelijk van de ambitie van inschrijvers, aldus het college. Dat wil de vrijblijvendheid eraf halen.
Doelstelling 0,16
In Zaanstad wordt standaard onderhandeld over het afwijken van de wettelijke EPC-norm met als inzet een EPC van 0,16. Een ontwikkelaar kan daarin meegaan, maar in de omgevingsvergunning kunnen geen afwijkende eisen van het Bouwbesluit – en Herstelwet, dan mag vanaf het moment van inwerkingtreding geen omgevingsvergunning meer worden afgegeven die niet voldoet aan de norm van maximaal 0,2 EPC.
Zaanstad voorop
Zaanstad loopt dan voorop op de landelijke ontwikkelingen op het gebied van energieprestatie in de bouw. Vanaf 2020 worden nieuwe eisen ten aanzien van energiezuinigheid vastgelegd. Het college meent dat er alleen in het geval van woontoren Icoon 3 ‘vrijwel zeker’ een ‘beheersbaar risico’ ontstaat bij aanscherping van de EPC. ‘De ontwikkelaar kan op relatief eenvoudige wijze duurzaamheidsmaatregelen treffen in het project en de nabijheid ervan. Dit vraagt een gesprek over oplossingen,’ aldus een schrijven aan de gemeenteraad.
