Zaanstad scoort zeer slecht voor openbaar vervoer in benchmark
09 mrt 2018, 15:05 • Nieuws
Amsterdam en Utrecht voeren het beste beleid om een gezonde en klimaatvriendelijke stad te worden. Ze bieden fietsers, voetgangers en gebruikers van openbaar vervoer de beste voorzieningen en hebben meer oog voor schoner en efficiënt autogebruik dan andere gemeenten.
Wat Zaanstad betreft is het lage percentage inwoners dat binnen de gemeente met het openbaar vervoer even snel kan worden bereikt als met de de auto opvallend: maar 36. Zoetermeer bungelt als enige nog achter Zaanstad - dat samen met Dordrecht en Maastricht op de voorlaatste plek staat - met 27 procent, maar daar plaatsen de onderzoekers een kanttekening bij (zie de toelichting bij de cijfers hieronder).
Dat blijkt uit de benchmark die onderzoeksbureau CE Delft maakte in opdracht van de Fietsersbond, het Longfonds, Mensenstraat, Milieudefensie, Natuur & Milieu, Rover en Wandelnet.
Ook blijken er grote verschillen te zijn in het autogebruik. In Amsterdam, Groningen en Leiden wordt maar voor 25-30 procent van alle verplaatsingen de auto gebruikt; in Emmen en Heerlen voor meer dan de helft.
Het verkeer in Almere, Middelburg, Zoetermeer en Delft geeft de minste klimaat- en gezondheidsschad e . Het onderzoeksbureau heeft deze schade uitgedrukt in euro’s per inwoner. In Almere is d i e 178 euro per inwoner per jaar, in Rotterdam 307 euro. Die hoge schade komt vooral omdat er in Rotterdam relatief veel verkeersslachtoffers vallen onder fietsers, een belangrijk onderdeel van de schademeting.
Volgens campagneleider duurzame mobiliteit van Milieudefensie Anne Knol kan de benchmark gemeenten helpen om verdere stappen te zetten op weg naar duurzame, actieve en gezonde mobiliteit. Ze kunnen zien op welke punten ze het goed doen, op welke punten minder, en wat ze van elkaar kunnen leren.
De benchmark geeft scores in drie categorieën: de effecten van mobiliteit op de omgeving, welk vervoermiddel mensen het vaakst kiezen envoorzieningen en het beleid van de gemeente. Hieronder de scores wat betreft luchtkwaliteit en lawaai.
'Er is voor gekozen om alleen de CO₂-uitstoot binnen de bebouwde kom te nemen. Gemeenten met relatief veel snelwegen en/of doorgaande wegen en veel oppervlakte hebben een hoge totale CO₂-uitstoot binnen de gemeentegrenzen, terwijl relatief veel verkeer geen bestemming of herkomst in die gemeente heeft. In de berekeningswijze zonder het meenemen van CO₂-uitstoot op snelwegen en doorgaande wegen kan een gemeente als Delft of Zaanstad voordeel hebben omdat relatief veel lokale autokilometers met herkomst en/of bestemming over provinciale en rijkswegen gaat, waar in Leeuwarden, Nijmegen en Maastricht juist praktisch alle lokale verkeer over lokale wegen gaat.'
'Dit probleem kan worden opgelost door alleen de uitstoot van verkeer met herkomst en bestemming in de gemeente zelf te kiezen, ongeacht over welk soort weg dat gaat, maar deze exercitie is te omvangrijk voor de scope van deze opdracht,' aldus CE Delft.
