Eerste aanzet tot toegankelijkere bus- en tramhaltes gegeven

Zaanstad, Amsterdam, Purmerend, Uithoorn, Landsmeer en Edam Volendam hebben afgelopen jaar de toegankelijkheid van 168 bus- en 28 tramhaltes verbeterd. Dat gebeurde door kleine, snelle ingrepen te doen zoals duidelijkere geleidelijnen of door een prullenbak te verplaatsen. Ook werden zestien haltes opgehoogd, zodat reizigers in een rolstoel, met rollator of met kinderwagen makkelijker het voertuig in kunnen.

'OV moet voor iedereen toegankelijk zijn. Dat is helaas nog niet zo. Zo’n twee miljoen mensen in Nederland hebben een fysieke of mentale beperking. Zij komen nog teveel obstakels tegen tijdens hun reis. We blijven hard aan de slag om haltes toegankelijk te maken, zodat straks iedereen met het openbaar vervoer kan,' aldus Melanie van der Horst, voorzitter van het dagelijks bestuur van de Vervoerregio. Op een digitale kaart is te zien wat waar is aangepakt. 

Afgelopen jaar is ook de informatie over de toegankelijkheid van haltes verbeterd. Veel van de informatie was verouderd, onjuist of ontbrak. Daardoor was het niet mogelijk om precies te weten hoeveel en welke haltes in de regio ontoegankelijk waren. Veel wegbeheerders hebben de informatie in de landelijke database bijgewerkt, waardoor reizigers nu de juiste info krijgen. Zo weten ze beter waar ze aan toe zijn en krijgt de Vervoerregio inzicht in welke haltes werkelijk toegankelijk zijn en welke haltes aangepakt moeten worden.

Het toegankelijk maken van bus- en tramhaltes is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de Vervoerregio, wegbeheerders zoals gemeenten en het GVB. De Vervoerregio heeft hiervoor voor 2024, 2025 en 2026 in totaal tien miljoen euro extra beschikbaar gesteld. De Vervoerregio betaalt maximaal 95 procent van de kosten en hoopt zo gemeenten te stimuleren om aan de slag te gaan met de haltes die nog onvoldoende toegankelijk zijn.