Kleine windmolens populair bij boeren: nieuw beleid voor plaatsing

De gemeenteraden in Zaanstreek - Waterland gaan zich buigen over regionaal beleid voor de plaatsing van kleine windmolens in het buitengebied. Kleine turbines hebben een ashoogte tot vijftien meter en zijn vooral populair bij agrariërs. Ze zijn handig omdat ze ook energie leveren op momenten dat zonnepanelen minder effectief nzijn, zoals ’s ochtends, ’s avonds en in de winter.

Hierdoor zijn deze windturbines een mooie aanvulling om zelf energie op te wekken naast zonnepanelen. Het Beleidskader Kleine Windturbines Zaanstreek-Waterland maakt ze mogelijk. Een gemiddeld melkvee- of akkerbouwbedrijf kan met een vijftien meter hoge windturbine voor de helft tot bijna volledig energieneutraal worden voor elektriciteit. In combinatie met zonnepanelen wordt dit nog gunstiger. De opgewekte energie is bedoeld voor eigen gebruik. De regels moeten gaan gelden in Zaanstad, Wormerland, Oostzaan, Edam - Volendam, Landsmeer, Purmerend en Waterland. Purmerend maakt daarnaast een eigen kader specifiek voor werelderfgoed de Beemster.

Overlast en dode dieren

De provincie heeft de regels om kleine windturbines toe te staan in het buitengebied versoepeld en in Zaanstreek - Waterland zijn die nu nader uitgewerkt. 'In het beleidskader wordt een goede ruimtelijke inpassing nagestreefd door te kijken naar de schaal en maat van het erf, de nabijheid van (dichte) woonbebouwing en het type landschap. Daarnaast spelen aandachtspunten als hinder voor omwonenden (geluid en slagschaduw) en maanvaringsslachtoffers vogels en vleermuizen. Deze zullen afzonderlijk moeten worden getoetst,' schrijft het college aan de gemeenteraad.

Zo is per initiatief een ecologische quick scan verplicht. Als hieruit blijkt dat het risico op aanvaringsslachtoffers groot is, dan is aanvullend ecologisch onderzoek nodig en mogelijk een aanvullende omgevingsvergunning flora- en fauna-activiteit bij de provincie. Na twee jaar wordt het beleid geëvalueerd.