Geurbeleid maken in Zaanstad geen sinecure: hoe reëel zijn gestelde doelen?

De fractie van D66 wil het met de collega's hebben over de herziening van het Zaanse geurbeleid. Het huidige beleid stamt uit 2016 en gaat ervan uit dat bedrijven in 2020 zouden voldoen aan de basis- of streefkwaliteit en dat uiterlijk in 2030 moet worden voldaan aan de strengere ambitiekwaliteit. Dat is geen sinecure gebleken.

Ook dit jaar zal nog niet overal worden voldaan aan de streefkwaliteit en het is volgens de partij de vraag of de ambitiekwaliteit überhaupt ooit gehaald kan gaan worden. Er zijn tot 2030 plannen voor het bouwen van bijna 2200 woningen binnen de streefkwaliteitscontouren van bestaande bedrijven, waarvan 95 woningen al onherroepelijk vergund zijn. Zaanse bedrijven geven aan last te hebben of te krijgen van dichterbuj komende woningen, vooral doordat een tbreiding van hun activiteiten daardoor niet meer mogelijk is op hun huidige locatie.

Bedrijfsverplaatsingen

D66 wil te weten komen hoe de overige fracties aankijken tegen de stelling dat de Zaanse bedrijven en de inwoners nu behoefte hebben aan duidelijkheid over hoe het geurbeleid er in de toekomst uit komt te zien. Voor het college heeft de partij de beladen vraag of dat bereid is om proactief met Zaanse bedrijven die dat willen op zoek te gaan naar fysieke en financiële mogelijkheden tot verplaatsing, bijvoorbeeld via een greep in het Transformatiefonds. 

Andere meetmethode

Een complicerende factor bij het vaststellen van nieuw beleid is dat NEN heeft besloten dat de huidige metingen voor geur door industrie niet voldoen en dat geurlaboratoria niet langer gebruikt kunnen worden voor vergunningsdoeleinden. De verschillen in de resultaten tussen de drie Nederlandse geurlabs bleken dermate groot dat er geen betrouwbare normen op te baseren waren.

Het alternatief is een methode met streef-, richt- en grenswaarden, ingedeeld naar zogeheten hinderlijkheidsklassen, die nog verder uitgewerkt moet worden. In elk geval gaan bij de aanvraag van een nieuwe vergunning voortaan (naast de nieuwe geurmeting) ook de resultaten van geurmetingen uit het verleden meetellen, net als ingediende klachten van omwonenden.