De Raad van State heeft de bezwaren van het Oostzaanse Van der Valk Hotel tegen een nieuw onderstation van Liander naast het bestaande onderstation van TenneT van tafel geveegd. Om de voeding van het nieuwe Liander-station mogelijk te maken moet ook TenneT haar onderstation uitbreiden met een (gesloten) schakelhal op eigen terrein.
Het hotel vreest overlast voor de gasten en medewerkers aan de Verlengde Stellingweg, ten oosten van de A8 en grenzend aan de infrastructuur voor de elektriciteitsvoorziening. Een uitbreiding daarvan kan negatief uitpakken voor het aantal reserveringen voor het hotel en het daarbij behorende restaurant, aldus Van der Valk. Daarnaast wordt gevreesd voor de aantasting van het vrije uitzicht, omdat de uitbreiding van het transformatorstation vanaf het hotelterras en de hotelbalkons aan de noord- en westkant van het gebouw zichtbaar zal zijn. Het hotel ligt op ongeveer 35 meter van de voorziene uitbreiding en het nieuwe onderstation.
Straling
Van der Valk voorziet een (negatieve) toename van elektrische en magnetische velden en de blootstelling van de gasten en medewerkers en stelde dat dit onvoldoende is onderzocht. Volgens de Raad van State is die vrees niet terecht. Bij een toenemende afstand en hoogte van het station neemt de magnetische veldsterkte steeds verder af. Alleen in de directe omgeving van de geleiders van de hoogspanningslijnen die het station verlaten kan de magnetische veldsterkte meer dan 100 microtesla bedragen. Geen van deze locaties is echter toegankelijk voor burgers, aldus de RvS.
Wat het uitzicht van bezoekers en gasten van het hotel betreft en het verloren gaan van een groot deel van het Wilgenhakbos oordeelt de RvS dat in de huidige situatie door het TenneT-station de doorkijk naar het achtergelegen landschap al nihil is. Uitbreiding aan de oostzijde is daar niet toegestaan, omdat het in het Natuurnetwerk Nederland ligt. Daarom is gekozen voor uitbreiding aan de westkant.
Huidige situatie
Het Van der Valk Hotel ligt niet in een natuurgebied, maar ‘in een cluster van verschillende functies in de oksel van het grote verkeersknooppunt Coenplein’, aldus de uitspraak. ‘Het hotel is met het zicht vanuit de kamers richting de snelweg gesitueerd en ligt met het eigen parkeerterrein direct langs de Verlengde Stellingweg. Daarnaast ligt het hotel met de achterzijde richting enkele bedrijven, waaronder een tankstation. Aan de noordzijde ligt het bestaande transformatorstation van TenneT. Zo loopt er ook een hoogspanningslijn langs het gebied, waar de uitbreiding is beoogd. Het bestaande grasveld is binnen het zichtveld vanuit het hotel slechts een onderdeel van het uitzicht, naast onder andere de hoogspanningslijn, de tien rijbanen van de snelwegen en de parallelweg en het eigen parkeerterrein.’
Wanneer op het grasveld van TenneT wordt uitgebreid, verandert volgens de raad inderdaad een deel van het uitzicht vanuit het hotel. Maar gezien de kwaliteit van dat uitzicht is er geen sprake van een onaanvaardbare aantasting. ‘Bovendien bestaat er volgens vaste rechtspraak geen recht op blijvend vrij uitzicht.’
