Zaanse participatie op de arbeidsmarkt laagste van NH

Foto: Publicdomainpictures.net

De Zaanstreek heeft de laagste participatiegraad van alle Noord-Hollandse arbeidsmarktregio’s. Dat is de mate waarin de potentiële beroepsbevolking deelneemt aan het arbeidsmarkt. De verschillen zijn echter niet groot.

De leeftijdsgroep van 25 tot 45 jaar is het actiefst op de arbeidsmarkt. Daarna volgt de groep van vijftien tot 25 jaar. In deze groep zitten nog veel middelbare scholieren en studenten die nog niet volop meedoen. De groep van 45 tot 75 participeert relatief het minste, gedeeltelijk omdat de pensioengerechtigde leeftijd binnen deze groep valt. De participatiegraad van 25 – 45 en 45 – 75 jaar is in 2021 met 0,1 procent netto afgenomen. In de groep van 15 tot 25 jaar was er juist een stijging van anderhalf procent.

De werkende beroepsbevolking uitgedrukt in een percentage van de potentiële beroepsbevolking is de netto arbeidsparticipatiegraad. De netto participatie is altijd lager dan de bruto participatie omdat de werklozen daarbij niet worden meegeteld.

 

Buitenlandse werknemers leveren een belangrijke bijdrage aan de Noord-Hollandse beroepsbevolking. In 2021 bestond die voor ruim een derde uit mensen met een migratieachtergrond (560.000 personen). Hier zijn echter wel grote regionale verschillen te zien, variërend van zestien procent in de Kop van Noord-Holland tot 47 procent in Groot Amsterdam. In de Zaanstreek ligt hun aandeel tussen 30 en 35 procent, volgens de laatste Monitor Arbeidsmarkt Noord-Holland. Noord-Holland telde vorig jaar ruim 1.679.000 banen. Er was sprake van een daling van de banengroei in vergelijking met 2019 en 2020. Er kwamen 12.000 banen (plus 0,7 procent) bij ten opzichte van 2020.

 

Op basis van de verwachte demografische ontwikkelingen is de potentiële beroepsbevolking berekend: de mensen tussen de 20 en de AOW-gerechtigde leeftijd.  Aan de hand van de bevolkingsprognose van het Centraal Bureau voor de Statistiek is de levensverwachting tot 2050 te schatten en daarmee dus ook de langzaam stijgende  AOW-leeftijd. In 2050 is die bijna 69 jaar. De potentiële beroepsbevolking zal de komende jaren blijven stijgen, maar de groei wordt na 2030 minder groot. De verschuiving van de AOW-leeftijd zorgt ervoor dat de potentiële beroepsbevolking gestaag toeneemt met 65-plussers tot 2050.

 

De positie en het gedrag van mensen op de arbeidsmarkt hangt samen met de uitkeringsrechten die ze hebben. Tijdreeksen met cijfers over uitkeringen vertonen vaak een grillig verloop: regelingen kunnen plotseling veranderen, uitkeringsrechten worden aangepast om het beroep op uitkeringen of het gedrag van partijen op de arbeidsmarkt te beïnvloeden. Het UWV biedt maandelijks inzicht in het aantal WW-uitkeringsgerechtigden, maar niet iedereen die werkloos is heeft daar recht op. Het percentage ligt lager dan het officiële werkloosheidscijfer, omdat de omvang van de doelgroep kleiner is. Het aantal lopende WW-uitkeringen daalde van 2014 tot 2019 in alle deelregio’s. Tussen 2019 en 2020 steeg het aantal WW-uitkeringen daarentegen weer door corona om daarna weer te zakken.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen