Van de 282 bushaltes in Zaanstad zijn er nu 186 volledig toegankelijk

In de gemeenten van de Vervoerregio Amsterdam zijn de afgelopen drie jaar 446 bus- en 62 tramhaltes toegankelijker gemaakt. Dit jaar zaten daar voor het eerst ook buurtbushaltes bij. Meer reizigers met een beperking kunnen daardoor zelfstandig, comfortabel en veilig gebruikmaken van de bus.

Vorig jaar hebben de wegbeheerders aan 226 haltes verbeteringen doorgevoerd, waarvan 189 zogenoemde Quickwins, zeventien haltes zijn opgehoogd en 19 haltes zijn verbeterd als onderdeel van een herinrichting. Dat zijn er minder dan in 2024, maar dit komt omdat de geselecteerde haltes voor deze opgave uitgeput raken.

Het aantal Quickwins in de afgelopen periode.

De Vervoerregio heeft zichzelf de opdracht gegeven om versneld en op de simpelste wijze het instappen vanaf een halte te verbeteren: het ophogen van het perron. Voorwaarde is dat de halte zelf dan al breed genoeg is, want te smalle haltes vergen al snel complexe aanpassingen in de ruimte. Toch kan dat ophogen ook al snel lastiger zijn dan op het eerste gezicht lijkt. Er kan op de halte een boom staan, of direct ernaast een fietspad.

Ook is het een dure ingreep om een haltekom zodanig op te hogen dat een bus geen schade oploopt. Het gevolg van deze complexiteit is dat het aantal op te hogen haltes binnen de versnellingsopgave lager is dan het aantal Quickwins. Toch hebben Edam - Volendam, Haarlemmermeer en Zaanstad gezamenlijk zeventien verhoogde haltes opgeleverd, waarvan zes in Zaanstad. Komend jaar komen daar hier nog zeven bij.

De toegankelijkheid per wegbeheerder.

Met de wegbeheerders en de buurtbusverenigingen brengen wordt momenteel in beeld gebracht welke haltes beter kunnen wat betreft toegankelijkheid, sociale veiligheid, verkeersveiligheid en comfort. Maatregelen waar aan gedacht wordt zijn de aanleg van blindengeleidelijnen, een (hoger) perron, verlichting, wachtvoorzieningen en fietsparkeren. Nog meer dan bij gewone bushaltes blijkt de ruimte echter vaak beperkt voor verbeteringen.

Veel buurtbushaltes liggen in lintdorpen met smalle wegen en bestaan op dit moment uit niet meer dan een haltepaal en liggen direct naast een sloot of op privéterrein, omdat de lintdorpen in het buitengebied vaak smallere wegen kennen. Zaanstad heeft toegezegd haltes in te brengen en met Purmerend en Waterland en zijn de gesprekken vergevorderd. Hierin blijven enkel Wormerland, Haarlemmermeer en het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier nog achter.