Raad van State ziet niets in huurbevriezing voor alleen sociale corporatiewoningen

Het plan om de huren van corporatiewoningen twee jaar te bevriezen, is in strijd met het principe van gelijke behandeling. Dat schrijft de Raad van State in een advies over de wet van woonminister Mona Keijzer die de pas op de plaats regelt. Bij mensen die in een sociale huurwoning van een particuliere eigenaar wonen mogen de huren wél omhoog.

Bij directe of indirecte ongelijke behandeling moet de minister met een 'objectieve rechtvaardiging' komen, aldus de Raad van State. Die onderbouwing ontbreekt. De Woonbond is het met het advies eens. 'Minister Keijzer hoeft de huurbevriezing dan ook helemaal niet met een wet te regelen,' zegt de Woonbond in een reactie. 'Zij heeft zelf de bevoegdheid om het percentage van de jaarlijkse huurverhoging voor de sociale huursector te bepalen.' De Woonbond wil daarom dat de minister nog deze week de huurbevriezing regelt,door dit percentage op nul te zetten. Corporaties zijn tegen de maatregel, omdat daardoor bouw- en verduurzamingsplannen in het gedrang komen. In Zaanstad wordt nog gewerkt aan een inventarisatie van de gevolgen. 

Grote gevolgen

De koepel van woningcorporaties Aedes hoopt dat het kabinet zijn verantwoordelijkheid neemt na de kritiek van de Raad van State en 'dit ondoordachte voornemen terugdraait'. De wet zou volgens Aedes ook 'op gespannen voet' staan met de grondwettelijke plicht van de overheid om voor genoeg woningen te zorgen. 'De huurbevriezingen hebben ongelofelijk grote gevolgen voor huurders en woningzoekenden. Het vergroot de woningcrisis terwijl het kabinet beweert zich daar hard voor te maken,' zegt Aedes-voorzitter Liesbeth Spies. De koepel zegt dat de huurbevriezing van tafel moet als het kabinet wil dat bestaande woningen verbeterd worden en er meer betaalbare sociale huurwoningen worden gebouwd.